DEN HAAG – De partijen die betrokken zijn bij de Rotterdamse haven hebben in een brief aan informateur Sybrand Buma gepleit voor tien maatregelen die een nieuw kabinet zou moeten nemen om de haven “toekomstbestendig, concurrerend en duurzaam” te houden.
De provincie Zuid-Holland, gemeente Rotterdam, het Havenbedrijf Rotterdam, ondernemersvereniging Deltalinqs en Economic Board Zuid-Holland roepen de formerende politieke partijen (D66 en CDA) onder meer op te zorgen voor “langjarig stabiel beleid”.
De bedrijven in de haven bevinden zich volgens hen momenteel in een “perfect storm”, met veel hogere energiekosten dan in het buitenland, netcongestie en vastgelopen vergunningverlening door de stikstofproblematiek. “De boodschap aan het nieuwe kabinet is helder: zet visie, beleid en kapitaal in dezelfde richting, zodat het grootste industrie- en energiecluster van Europa kan blijven verduurzamen en concurreren”, aldus de Zuid-Hollandse gedeputeerde Arne Weverling (VVD).
Volgens wethouder Robert Simons (Leefbaar Rotterdam) moet een nieuw kabinet cruciale keuzes maken voor de toekomst van de haven. “Het gaat om het behoud van banen voor onze kinderen en onze strategische autonomie.”
De brief aan Buma bevat een tienpuntenplan: van oplossingen voor het volle stroomnet tot versnelling van vergunningstrajecten. De provincie en gemeente roepen een nieuw kabinet ook op te onderzoeken of de haven zeewaarts kan worden uitgebreid, zoals eerder gebeurde met de Maasvlakte. Ze pleiten voor investeringen in bereikbaarheid en verduurzaming van de haven en voor een “gelijk speelveld” ten opzichte van bedrijven in omliggende landen, waar de energiekosten nu vaak een stuk lager zijn.
“Onderneemt het Rijk geen actie? Dan leidt dit direct tot verlies van werkgelegenheid en industrie”, aldus de provincie. “Niet alleen vandaag en morgen, maar het kan ook blijvende schade veroorzaken voor het Rotterdamse ecosysteem.”
Onder leiding van Buma bespreken D66 en CDA deze weken vijf grote onderwerpen, waaronder stikstof en de economie. Ze schrijven een startdocument, waarop andere partijen later in een formatieproces kunnen aanhaken.
