ARNHEM – De rechtbank in Arnhem buigt zich vrijdagmiddag opnieuw over de vraag of de provincie Gelderland een zogeheten ‘probleemwolf’ mag laten afschieten.
De Faunabescherming en Animal Rights hebben de rechter gevraagd om de opdracht hiervoor te schorsen. In mei stapten de dierenorganisaties ook al naar de rechter toen de provincie een afschotvergunning gaf, maar hun verzoek werd afgewezen.
De Gelderse faunabeheereenheid kreeg een vergunning om een wolf af te schieten die in april een hardloopster had gebeten in Nationaal Park De Hoge Veluwe. Volgens de provincie vertoont deze wolf “afwijkend gedrag” en vormt het dier een gevaar voor mensen.
Vooralsnog is het jagers niet gelukt om de wolf, die de bijnaam Hubertus heeft gekregen, af te schieten. Omdat de vergunning op 1 januari zou aflopen, besloot de provincie vorige week om de termijn met een half jaar te verlengen. De vergunning is vervangen door een maatwerkvoorschrift, met specifieke regels om deze wolf te kunnen doden. Een nieuwe vergunning afgeven was volgens de provincie juridisch niet mogelijk, omdat de beschermde status van de wolf Europees is verlaagd en de Nederlandse wetgeving daarop nog niet is aangepast.
Het gebied waarin de wolf mag worden afgeschoten, is in het maatwerkvoorschrift uitgebreid met Vliegbasis Deelen, die naast De Hoge Veluwe ligt. De vliegbasis maakt volgens de provincie deel uit van het territorium van de ‘probleemwolf’. Het dier is de afgelopen maanden vooral overdag regelmatig op het terrein gezien.
Tot de zitting van komende vrijdag (12 december) mogen jagers in ieder geval niet schieten op de wolf. De rechter heeft al besloten dat het maatwerkvoorschrift niet mag worden gebruikt tot de behandeling van de zaak.



