‘s-HERTOGENBOSCH – De rechtbank Oost-Brabant heeft bepaald dat het college van burgemeester en wethouders van Laarbeek opnieuw moet beslissen over een verzoek tot handhaving tegen het overnachten in vrachtwagens op een bedrijventerrein. Volgens de rechtbank valt slapen in een geparkeerde vrachtwagen niet onder de toegestane parkeervoorzieningen in het omgevingsplan.
De zaak werd aangespannen door een inwoner die klaagde over wonen en overnachten op het terrein van een transportbedrijf. De gemeente had het verzoek om handhaving afgewezen, omdat zij alleen had onderzocht of er werd gewoond in aanwezige portocabines. Uit onderzoek bleek dat chauffeurs incidenteel in hun vrachtwagen overnachten en gebruikmaken van de sanitaire voorzieningen en keuken in de portocabines.
De rechtbank oordeelt dat de gemeente het verzoek te beperkt heeft opgevat en dat overnachten in vrachtwagens niet kan worden beschouwd als parkeren. “In het dagelijks spraakgebruik betekent parkeren het stallen van een voertuig, niet het overnachten van personen in dat voertuig,” aldus de rechtbank.
Het besluit van de gemeente is vernietigd. Binnen zes weken moet het college een nieuw besluit nemen en beoordelen of handhavend wordt opgetreden. Daarbij moet ook worden gekeken of optreden evenredig is. De gemeente moet het betaalde griffierecht van 187 euro en 1.814 euro aan proceskosten aan eiser vergoeden.