LONDEN – De Britse Hoge Raad heeft een zitting tussen Nederlandse vrachtwagenchauffeurs en de vervoersautoriteit in Londen uitgesteld. Centraal in de zaak staan aan de transporteurs uitgedeelde boetes voor het rijden in lage-emissiezones in de Britse hoofdstad.
Die waren volgens Transport in Nood, de organisatie die de chauffeurs vertegenwoordigt, te hoog. De rechter wil nu dat de organisatie haar eis motiveert en concreet aangeeft welke boetes ingetrokken moeten worden.
Transport in Nood kwam eerder dit jaar in opstand tegen 7,5 miljoen euro aan boetes die Nederlandse chauffeurs volgens de organisatie onrechtmatig hadden gekregen. Vervoersautoriteit Transport for London (TfL) gaf in oktober toe dat de boetes te hoog waren, maar wil alleen de 5 procent aan te veel gevraagde incassokosten schrappen. De belangenclub wil echter dat alle boetes worden ingetrokken, onder meer omdat TfL rekende met te hoge wisselkoersen.
Transport in Nood moet van de Hoge Raad uiterlijk op 22 november met een onderbouwing komen. “Het moge duidelijk zijn dat wij alle reeds betaalde boetes terugbetaald willen zien en dat we met minder geen genoegen zullen nemen”, schrijft de belangenclub in een nieuwsbrief aan transporteurs.
Na de deadline krijgt TfL dertig dagen de tijd zich te verweren, waarna Transport in Nood veertien dagen krijgt om daar weer op te reageren. Na die procedure wordt beoordeeld of de partijen tot overeenstemming zijn gekomen of dat de zaak opnieuw aan de Hoge Raad dan wel een andere rechtbank wordt voorgelegd.