DEN HAAG – Justitieminister David van Weel vindt het “ongemakkelijk” dat het kabinet niet meer kan zeggen over de vermeende racistische uitspraken tijdens de ministerraad. Dat zegt hij in het programma WNL op Zondag.
Die overleggen zijn namelijk vertrouwelijk, en zelfs het weerspreken van bijvoorbeeld onjuiste berichtgeving zou om die reden niet kunnen, meent hij. Dat zou volgens hem een “glijdende schaal” zijn.
Vrijdag viel het kabinet bijna, nadat NSC-staatssecretaris Nora Achahbar (Toeslagen) haar vertrek aankondigde vanwege “polariserende omgangsvormen”. In de ministerraad de maandag ervoor zou onder meer zijn gesproken over antisemitisme dat “in het DNA” van moslims of Arabieren zou zitten, en als een “puist” waar je het pus niet zomaar uitdrukt. Ook zou zijn gesproken over “kut-Marokkanen” en “halalvreters”.
Premier Dick Schoof ontkende op zijn persconferentie vrijdag bij herhaling dat er sprake zou zijn geweest van racistische opmerkingen. Van Weel vindt het “verstandig om die lijn vast te houden”.