ROTTERDAM – De rechtbank Rotterdam heeft zowel een een bedrijf die actief is in de internationale handel in vrachtwagens als de bestuurder daarvan veroordeeld voor grootschalige belastingfraude. Het bedrijf kreeg een geldboete van €90.000, terwijl de bestuurder een taakstraf van 240 uur en een voorwaardelijke gevangenisstraf van zes maanden kreeg opgelegd.
De fraude vond plaats tussen 2020 en 2021. De onderneming diende over drie kwartalen onjuiste aangiften omzetbelasting in en liet over nog eens drie kwartalen de aangifte geheel achterwege. Daardoor liep de Belastingdienst een fiscaal nadeel op van €901.274.
Uit het vonnis blijkt dat de bestuurder het bedrijf had opgericht voor de in- en verkoop van vrachtwagens uit het buitenland. Ondanks zijn stelling dat hij weinig wist van de financiële gang van zaken binnen de onderneming – en zich zou hebben laten meeslepen door anderen – oordeelde de rechtbank dat hij feitelijk leiding heeft gegeven aan de belastingfraude. Hij gaf onder meer zijn bankpas af aan anderen, moest dagelijks grote bedragen pinnen, en had geen zicht op de boekhouding of facturering. De rechtbank rekende het hem aan dat hij als oprichter en enige aandeelhouder verantwoordelijk was voor correcte belastingaangiften.
Volgens de rechtbank is sprake van ernstige feiten die het vertrouwen in het belastingstelsel ondermijnen. “Zulke handelingen schaden niet alleen de Belastingdienst, maar ook de belastingmoraal van ondernemers die zich wél aan de regels houden,” aldus de rechter.
De bestuurder kreeg 183 dagen gevangenisstraf opgelegd, waarvan 180 dagen voorwaardelijk met een proeftijd van twee jaar. De drie dagen die hij in voorarrest zat gelden als onvoorwaardelijk deel. De taakstraf van 240 uur moet hij uitvoeren, mogelijk via het jongerenclubhuis waar hij nu vrijwilliger is.
Het bedrijf zelf – dat nog bestaat en een openstaande schuld heeft bij de Belastingdienst – werd veroordeeld tot een boete van €90.000. De rechtbank hield bij de strafmaat rekening met het feit dat de verdachte zelf nauwelijks financieel gewin had van de fraude en dat de opbrengsten grotendeels bij anderen terechtkwamen.
