DEN HAAG – Het aantal volledig elektrische vrachtwagens en trekkers voor oplegger in Nederland is de afgelopen twee jaar explosief gestegen. Op 1 januari 2024 stonden er bij Nederlandse bedrijven ruim 1.100 elektrische vrachtwagens geregistreerd, zeven keer zoveel als begin 2022. Het aantal elektrische trekkers voor oplegger steeg in dezelfde periode zelfs achtvoudig, van 28 naar 225 stuks. Dat blijkt uit nieuwe cijfers van het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS).
Toch blijft het aandeel elektrische vrachtvoertuigen gering: op een totaal van ruim 141.000 vrachtwagens en trekkers voor oplegger rijden 98 procent nog altijd op diesel.
Kortere afstanden, minder gewicht
Elektrische vrachtvoertuigen leggen gemiddeld aanzienlijk minder kilometers af dan hun dieselvarianten. In 2023 reden elektrische vrachtwagens gemiddeld 27.600 kilometer per jaar, tegenover 43.200 kilometer voor diesels. Elektrische trekkers voor oplegger kwamen op 48.300 kilometer uit, terwijl dieseltrekkers gemiddeld 85.600 kilometer aflegden.
Ook de ritlengtes verschillen sterk. Een rit met een elektrische vrachtauto was gemiddeld 25 kilometer, terwijl dieselvrachtwagens 57 kilometer per rit aflegden. Trekkers met een dieselmotor kwamen uit op 94 kilometer per rit, elektrische trekkers op 35 kilometer.
Daarnaast vervoeren elektrische vrachtwagens gemiddeld minder lading per rit: zo’n 5.000 kilogram, tegenover 9.000 kilogram bij diesels. Elektrische trekkers vervoeren met 11.800 kilogram wel bijna evenveel als dieseltrekkers (13.200 kilogram).
Elektrische trucks vooral voor voedingsmiddelen en stadsdistributie
Elektrische vrachtvoertuigen worden relatief vaak ingezet voor het vervoer van voedingsmiddelen, en zijn dus populair in de fijnmazige stadsdistributie. 68 procent van de elektrische vrachtvoertuigen is in gebruik bij bedrijven in de sector vervoer en opslag, terwijl deze sector in totaal de helft van alle vrachtvoertuigen gebruikt.
