AMSTERDAM – Grondpersoneel van KLM mag aanstaande woensdagmiddag niet acht uur lang staken, oordeelt de kortgedingrechter in Amsterdam. Daarmee gaat de rechter mee in het betoog van zowel KLM als Schiphol dat de door vakbonden FNV en CNV aangekondigde actie te veel veiligheidsrisico’s met zich meebrengt.
Ruim een week terug verbood de rechtbank in Haarlem al een 24 uur durende staking van het KLM-grondpersoneel. Die rechter oordeelde eveneens dat die actie te ingrijpend was door alle mogelijke veiligheidsproblemen die op Schiphol kunnen ontstaan. Vervolgens hadden de bonden een staking van acht uur aangekondigd, voor komende woensdag. Met een nieuw kort geding hoopte KLM de rechter te bewegen om ook deze nieuwe actie te verbieden.
Bij zijn beslissing heeft de rechter laten meewegen dat de zomervakantie net begint. Dat betekent volgens de rechter dat de mogelijkheden tot omboeken voor mensen van wie de vlucht zou uitvallen, beperkt zijn. Daarmee zou de actie tot veel verdriet bij gedupeerde reizigers leiden.
Betogen
Ook hebben KLM en Schiphol volgens hem kunnen betogen dat er risico’s zijn op chaotische taferelen wanneer de actie door zou gaan. Het ging daarbij onder meer om het risico dat er tijdelijk geen vliegtuigen meer kunnen landen omdat er geen parkeercapaciteit is. Ook zou kunnen gebeuren dat passagiers in een aangekomen vliegtuig langdurig niet kunnen uitstappen.
Tijdens de zitting werd ook een scenario geschetst waarbij honderden passagiers uit niet-Schengenlanden stranden op Schiphol en in de terminal een nacht op veldbedden of stoelen zouden moeten doorbrengen. In dat geval zouden gedupeerde passagiers wellicht ook boos of agressief kunnen worden jegens werknemers en andere passagiers.
Schade
De schade van de staking zou verder niet alleen bij KLM neerkomen, maar er zou ook “substantiële” schade zijn bij derden. Daarmee doelt de rechter op passagiers van andere maatschappijen en andere ondernemingen op Schiphol.
Verder merkt de rechter op dat de mogelijkheid tot actievoeren op Schiphol wel degelijk bestaat. In het verleden zijn er volgens hem kleinschaligere vakbondsacties geweest, die niet zijn verboden. Dit alles betekent volgens hem dat de situatie in dit geval een beperking van het stakingsrecht rechtvaardigt.