UTRECHT – De Rechtbank Midden-Nederland heeft geoordeeld dat Achmea Schadeverzekeringen niet aansprakelijk is voor de schade van een fietser die in oktober 2023 op een industrieterrein in Sneek in botsing kwam met een vrachtwagen. Volgens de rechtbank slaagt het beroep op overmacht, waardoor de WAM-verzekeraar van de vrachtwagen geen schadevergoeding hoeft te betalen.
Zwaar letsel na botsing
De vrouw raakte bij het ongeval ernstig gewond aan haar linkerbeen. Zij liep drie complexe beenbreuken op, gepaard gaand met grote wonden. In een zogenoemd deelgeschil verzocht zij de rechtbank om vast te stellen dat Achmea aansprakelijk is voor haar letselschade. Volgens haar was geen sprake van overmacht aan de zijde van de vrachtwagenchauffeur.
De rechtbank ging daar echter niet in mee en wees alle verzoeken af.
Ongeval op voorrangsweg
Het ongeval vond plaats op 5 oktober 2023 op de kruising van de Professor Zernikestraat en de Einsteinstraat in Sneek. De vrachtwagen reed op de Einsteinstraat, een voorrangsweg. De fietser naderde de kruising vanaf een zijweg die was voorzien van haaientanden en een bord dat de voorrangssituatie aangaf.
Uit camerabeelden en een uitgebreide ongevallenanalyse door een verkeersongevallendeskundige bleek dat de vrachtwagen met een snelheid van ongeveer 38 km/u reed, wat volgens de rechtbank passend was gezien de overzichtelijke verkeerssituatie op het industrieterrein.
Botsing tegen zijkant oplegger
De fietser wist haar fiets niet tijdig tot stilstand te brengen en botste tegen de rechterzijkant van de oplegger, op ongeveer 13,5 meter voorbij het front van de vrachtwagencombinatie. Uit verklaringen en camerabeelden bleek dat de vrachtwagenchauffeur de aanrijding pas kon waarnemen nadat deze had plaatsgevonden, via zijn buitenspiegel.
Volgens de deskundige en de rechtbank was er voor de chauffeur tot ongeveer 2,9 seconden vóór het botsmoment geen enkele aanleiding om rekening te houden met een ongeval. Hij mocht erop vertrouwen dat naderende fietsers zouden stoppen en voorrang zouden verlenen.
Geen enkel verwijt aan chauffeur
De rechtbank benadrukt dat voor een geslaagd beroep op overmacht bij een aanrijding tussen een gemotoriseerde en een ongemotoriseerde verkeersdeelnemer een zeer strenge maatstaf geldt. Alleen wanneer de bestuurder van het motorvoertuig rechtens geen enkel verwijt kan worden gemaakt, slaagt een beroep op overmacht.
In dit geval oordeelt de rechtbank dat de vrachtwagenchauffeur het ongeval niet had kunnen voorkomen. Ook als hij eerder zou hebben geremd, zou de fietser tegen een ander deel van de vrachtwagen zijn gebotst. Dat de fietser niet adequaat heeft geremd, wordt door haarzelf erkend en kan de chauffeur niet worden aangerekend.
Overmacht bevestigd, verzoek afgewezen
De rechtbank concludeert dat het ongeval uitsluitend is te wijten aan het verkeersgedrag van de fietser en dat dit gedrag voor de chauffeur zo onwaarschijnlijk was dat hij daar geen rekening mee hoefde te houden. Het beroep van Achmea op overmacht slaagt daarom volledig.
De rechtbank spreekt wel uit begrip te hebben voor de ernstige gevolgen die het ongeval voor de fietser heeft gehad, maar benadrukt dat de ernst van het letsel geen rol speelt bij de beoordeling van aansprakelijkheid.
Kosten deelgeschil
De kosten van het deelgeschil zijn door de rechtbank begroot op € 5.853,08 inclusief btw, te vermeerderen met € 87 aan griffierecht. Tegen de beslissing staat geen rechtstreeks hoger beroep open.



