DEN HAAG – Het demissionaire kabinet heeft een plan om de verlaging van de accijns op brandstof met een jaar te verlengen tot eind 2026. Dat bevestigen ingewijden na berichtgeving in onder meer De Telegraaf. Waar de circa 1,6 miljard euro om dit te regelen vandaan moet komen, is nog niet duidelijk.
In 2022 verlaagde het kabinet de accijnstarieven voor benzine, diesel en lpg vanwege de gestegen energieprijzen. Zonder ingrijpen zou de korting eind dit jaar aflopen. Woensdag nam de Tweede Kamer een motie aan met het verzoek om de prijsstijging van benzine per 1 januari “teniet te doen”. Demissionair minister van Financiën Eelco Heinen (VVD) zei eerder dat hij zou proberen een prijsstijging te voorkomen.
“Als wij niets doen, stijgt de benzineprijs eind dit jaar met 0,258 euro”, zei de vorige minister van Infrastructuur Barry Madlener (PVV) eerder dit jaar. Zijn opvolger, BBB’er Robert Tieman, wilde dit ook voorkomen. De ANWB heeft deze maand een oproep gedaan om de accijns op brandstof niet te laten meestijgen met inflatie.
Een Kamermeerderheid wil dus dat de prijs aan de pomp niet omhooggaat, maar de vraag is of de Kamer ook zal meegaan in de manier die het kabinet voor ogen heeft om de verlenging te betalen. De coalitie bestaat op dit moment nog uit VVD en BBB, die in de huidige Tweede Kamer samen 32 zetels hebben. Pas na de verkiezingen van 29 oktober buigt de Kamer zich over de begrotingen van de verschillende ministeries.