BEIJING – China heeft het verbod op de levering van Boeing-vliegtuigen aan Chinese luchtvaartmaatschappijen opgeheven. Dat meldt persbureau Bloomberg op basis van ingewijden. De stap volgt op de doorbraak in het handelsoverleg tussen Washington en Beijing. Beide landen besloten daardoor hun importheffingen tijdelijk te verlagen.
Een maand geleden verbood China de levering van vliegtuigen van de Amerikaanse fabrikant aan Chinese maatschappijen. Ook beval Beijing om alle aankopen van luchtvaartgerelateerde apparatuur en vliegtuigonderdelen van Amerikaanse bedrijven te pauzeren. Het verbod volgde op het besluit van de Amerikaanse president Donald Trump om de importheffingen voor de meeste Chinese goederen te verhogen naar 145 procent.
China sloeg vervolgens terug met heffingen op Amerikaanse goederen van 125 procent. Daardoor bevond Boeing zich midden in de handelsoorlog tussen de twee grootmachten. Door de Chinese heffingen zouden Boeings en Amerikaanse luchtvaartonderdelen veel duurder worden voor Chinese afnemers. Maandag kondigden China en de Verenigde Staten echter aan hun tarieven voor de komende negentig dagen flink te verlagen. China hanteert nu een tarief op goederen uit de VS van 10 procent en de Amerikanen heffen 30 procent op Chinese goederen.
Handelsakkoord
De hervatting van de leveringen aan China zal een directe impuls geven aan Boeing. De vliegtuigbouwer hoeft nu geen nieuwe kopers te vinden voor de ongeveer vijftig toestellen die dit jaar aan China worden geleverd. Het herstel van de leveringen zou echter van korte duur kunnen zijn als de handelsoorlog tussen de VS en China niet binnen de komende drie maanden wordt opgelost.
De rol van Boeing in de internationale handel lijkt ook steeds politieker te worden. Trump kondigde vorige week een handelsakkoord aan met het Verenigd Koninkrijk, inclusief een vliegtuigdeal van 10 miljard dollar voor de levering van Boeings aan British Airways.