Clicky

woensdag 16 juli 2025 - 17:05 uur

HomeTRANSPORTNIEUWSLogistiekGemeenten hebben inzameling klein gevaarlijk afval vaak niet op orde

Gemeenten hebben inzameling klein gevaarlijk afval vaak niet op orde

DEN HAAG – De Inspectie Leefomgeving en Transport (ILT) heeft in de laatste maanden van 2024 en de eerste maanden van 2025 (her)controles uitgevoerd bij 31 gemeentelijke depots voor de inzameling van klein gevaarlijk afval (KGA-depots). Bij 22 van de onderzochte depots zijn overtredingen geconstateerd. Over het algemeen is er nog onvoldoende toezicht van depotmedewerkers op de inname van gevaarlijk afval van burgers.

De controles waren specifiek gericht op de inzameling en verpakking van gevaarlijke (afval)stoffen op de depots voorafgaand aan het transport naar verwerkingslocaties. Dit valt onder de Wet vervoer gevaarlijke stoffen (Wvgs) waar de ILT in Nederland toezichthouder op is. Op de algehele opslag en verwerking van bedrijfs- en huishoudelijk afval op gemeentelijke depots wordt ook toegezien door Omgevingsdiensten.

Accu’s

De ILT constateerde onder andere dat fouten worden gemaakt bij het verpakken en etiketteren van het op de depots ingezamelde klein gevaarlijk afval. Zo kwamen inspecteurs bijvoorbeeld tegen dat slecht verpakte accu’s gevaarlijke stoffen zoals lood of zuur vrijgaven, wat tot water- en bodemvervuiling kan leiden. Gebrek aan etikettering verhoogt het risico op blootstelling aan giftige stoffen, omdat betrokkenen niet op de hoogte zijn van de inhoud en gevaareigenschappen van het gevaarlijk afval.

Om veilig te kunnen verpakken en etiketteren, is het belangrijk dat medewerkers op de depots en bij de afvalinzamelaars en -verwerkers beschikken over voldoende kennis van de regels. Dit zorgt vervolgens weer dat mens en milieu beschermd kunnen worden tegen vrijkomen van giftige en schadelijke stoffen.

Bevindingen

De geïnspecteerde gemeentedepots en afvalverwerkers zijn op de hoogte gebracht van de bevindingen van de ILT. De (her)inspecties gaan de komende periode door om verbeteringen tot stand te brengen. Ook staat de ILT in contact met de Vereniging Nederlandse Gemeenten (VNG) en Koninklijke Nederlandse vereniging voor afval- en reinigingsdiensten (NVRD) om te kijken hoe meer en betere voorlichting kan leiden tot het vergroten van de kennis van de KGA-depots en hun medewerkers. Daarnaast is de Vereniging Afvalbedrijven op de hoogte gebracht van de bevindingen van de ILT en wordt met hen besproken wat nodig is om verbeteringen tot stand te brengen.

Achtergrond

Gemeenten zijn verplicht om klein gevaarlijk afval in te zamelen. Elke gemeente mag zelf beslissen hoe ze dit doen. Sommige gemeenten hebben bijvoorbeeld een gemeentelijk of KGA-depot. Andere gemeenten hebben een chemokar. De gemeentelijke inzameling moet voorkomen dat klein gevaarlijk afval van particulieren terecht komt tussen het huishoudelijk afval of wordt gedumpt en in de bodem of het water verdwijnt.

Belangrijk is dan dat de gemeentelijke inzameling en behandeling van het klein gevaarlijk afval op de juiste wijze gebeurt: volgens de internationale overeenkomst voor het vervoer van gevaarlijke stoffen over de weg (ADR). Bij klein gevaarlijk afval is het in veel gevallen moeilijk om volledig aan het ADR te voldoen, bijvoorbeeld omdat niet duidelijk is om welke specifieke stoffen het gaat en daarmee welke verpakkings- of vervoersvoorschriften van toepassing zijn. Het ministerie van IenW heeft daarom in 2015 de “Regeling vervoer huishoudelijk gevaarlijk afval 2015” opgesteld, in de volksmond ook wel “Chemokar-regeling” genoemd.

Chemokar-regeling

De Chemokar-regeling maakt het mogelijk om op een veilige, laagdrempelige manier toch klein gevaarlijk afval in te zamelen met gebruik van een speciaal daarvoor ingericht voertuig of op speciale inzamelplaatsen. Bij inzameling gelden dan minder strenge eisen voor onder andere het indelen van de gevaarlijke stoffen. De regeling heeft betrekking op het eerste vervoer naar de locaties waar het klein gevaarlijk afval door professionele inzamelaars wordt verwerkt. Op die locaties moet alsnog aan de voorschriften van het ADR worden voldaan, maar daar heeft men ook de kennis, faciliteiten en middelen om dat te kunnen doen.

MEER NIEUWS
×