DEN HAAG – De NAVO-landen gaan 5 procent van hun economie steken in defensie en aanverwante zaken, hebben hun leiders op de top in Den Haag afgesproken. Ook onwillige landen als Spanje stemden in met de nieuwe afspraak, al legt dat land die wel wat anders uit.
De nieuwe ‘NAVO-norm’ is bedoeld om Europa te herbewapenen na decennialang achteroverleunen. Maar die komt vooral voort uit een eis van de Verenigde Staten. De VS verleggen hun aandacht naar China en Europa moet zijn eigen verdediging bekostigen, stelt president Donald Trump, die er het cijfer van 5 procent aan verbond.
NAVO-topman Mark Rutte kneedde die torenhoge eis om naar een haalbaarder voorstel. Dat schrijft 3,5 procent van het bruto binnenlands product voor defensie voor, plus 1,5 procent voor ondersteunende zaken. Tot nu toe was het de bedoeling om 2 procent van het bbp aan defensie te besteden.
De lidstaten hebben tot 2035 de tijd om de nieuwe norm te halen. Dat is later dan Rutte aanvankelijk had voorgesteld, maar dat uitstel is een geste naar landen die moeite hadden met het plan. In 2029 moet het percentage worden geëvalueerd en zou het dus mogelijk verhoogd of verlaagd kunnen worden.
Spanje beweert dat de toezegging niet voor dat land geldt. Maar volgens de NAVO worden er geen uitzonderingen gemaakt. Spanje zal er wel achter komen dat het echt niet met minder kan, is voorlopig de bezweringsformule.
Voor de 3,5 procent aan ‘harde’ defensie-uitgaven zijn vanouds duidelijke maatstaven, waardoor NAVO-landen daarmee niet kunnen marchanderen. Onder de 1,5 procent vallen onder meer investeringen in infrastructuur, maatschappelijke weerbaarheid en de defensie-industrie, staat in de slotverklaring van de top.
De lidstaten leggen de NAVO elk jaar een plan voor met een “geloofwaardige, geleidelijke weg naar het doel”, hebben ze afgesproken. Maar consequenties bij getreuzel zijn er niet, omdat de alliantie de soevereine landen nergens toe kan dwingen. Wel kan ze “blamen en shamen”, wanprestaties uitmeten in de hoop op verbetering, zoals nu feitelijk al jaarlijks gebeurt.