HELSINKI – Het Finse bedrijf UPM stopt met de ontwikkeling van een grote fabriek voor biobrandstoffen in de haven van Rotterdam. UPM, dat ook actief is met de productie van papier en karton, zegt dat alle technische werkzaamheden aan het project worden stilgelegd.
De fabriek in Rotterdam zou een productiecapaciteit van 500.000 ton per jaar moeten krijgen, waaronder voor de productie van biobrandstoffen voor de luchtvaart. UPM zegt nu dat na uitgebreide technische, commerciële en strategische evaluaties is besloten om de ontwikkeling stop te zetten. Volgens het bedrijf zijn de investerings- en exploitatiekosten voor het ingewikkelde project relatief hoog en is er een concurrerende markt, waardoor het verwachte rendement op langere termijn onder druk komt te staan.
UPM heeft al een biobrandstoffenfabriek in het Finse Lappeenranta met een capaciteit van 130.000 ton per jaar. Die fabriek blijft de kern vormen van de activiteiten rond biobrandstoffen van het concern.
Brandstoffen uit biomassa
Het in Helsinki gevestigde UPM wilde desgevraagd geen financiële details over de fabriek in Rotterdam geven en ook geen informatie over de werkgelegenheid bij het project. Het concern zegt verder te willen groeien met biobrandstoffen door onder meer technologische ontwikkeling.
Ook zegt UPM op de lange termijn sterk marktpotentieel te zien voor brandstoffen uit biomassa, met name in Europa, om uitstoot te verlagen en vanwege de noodzaak van duurzame alternatieven voor fossiele brandstoffen.