UTRECHT – De vrachtwagenheffing die op 1 juli 2026 wordt ingevoerd, gaat onverwacht ook gelden voor circa 16.000 bestelbussen. Dat blijkt uit een analyse van Erik Boots van EBTL, naar aanleiding van vragen van meerdere klanten. Brancheorganisaties TLN en Bovag waarschuwen hun leden inmiddels, maar veel ondernemers – zeker buiten de brancheorganisaties – blijken nog niet op de hoogte.
Teruggekeurde bestelbus valt toch in N2-categorie
Het gaat om een specifiek type bestelbus: de teruggekeurde bestelbus. Hoewel deze voertuigen maximaal 3.500 kilo mogen wegen en met een B-rijbewijs bestuurd worden, staat het oorspronkelijke technische maximumgewicht (F1) – vaak tussen de 4.000 en 5.000 kilo – nog op het kenteken. Daardoor vallen deze voertuigen officieel in voertuigcategorie N2, en precies díe categorie valt onder de nieuwe vrachtwagenheffing.
Boots: “In alles zijn dit gewoon bestelbussen: geen tachograafverplichting, BPM betaald, MRB-tarief voor bestelbus, en zelfs volledig erkend als bestelbus voor Zero Emissie-zones. Dat ze tóch onder de vrachtwagenheffing vallen, lijkt een fout in de wetgeving waar onvoldoende aandacht voor is geweest.”
Uit een RDW-data-analyse kwamen 15.976 kentekens naar voren die onder deze regel vallen.
Terugkeuren bijna onmogelijk
Navraag van Boots bij Iveco Nederland – dat circa de helft van deze voertuigen levert (Daily-modellen) – leert dat technisch terugkeuren naar N1 nauwelijks mogelijk is. Daarvoor moeten een nieuw CVO, een nieuw typeplaatje én een herkeuring door RDW plaatsvinden. Dat kost veel tijd en geld, zonder garantie op succes. Bovendien hebben deze voertuigen vaak al een lage restcapaciteit, waardoor het risico bestaat dat ze bij weging alsnog te zwaar blijken.
Ongelijk speelveld en grote onduidelijkheid
Omdat voor de heffing de F1-massa (technisch maximum) leidend is, ontstaat een ongelijk speelveld:
- Twee identieke bestelbussen bij een verhuurbedrijf: één geregistreerd als N1 (geen heffing) en één als N2 (wel heffing).
- Transportbedrijven die toevallig N2-voertuigen hebben, moeten straks 11 cent per kilometer extra rekenen.
- Ook handelaren en verkopers weten vaak niet of een voertuig N1 of N2 is, waardoor onverwachte kosten ontstaan voor kopers.
Daarnaast komen veel eigenaren onverwacht voor extra verplichtingen te staan:
- tachograafplicht bij internationaal vervoer vanaf 1 juli 2026,
- vervanging binnen Zero Emissie-zones binnen drie jaar,
- én de komende vrachtwagenheffing
Hoge kosten voor veelgebruikers
Voor regionale gebruikers kan de heffing – door het vervallen van MRB – gunstiger uitpakken. Maar voor ondernemers die veel snelwegkilometers maken, wordt het fors duurder.
Bij een minimumtarief van 11,3 cent per kilometer (Euro 6):
- 50.000 snelwegkilometers = ruim € 5.600 per jaar,
- terwijl nu circa € 1.000 MRB wordt betaald.
Boots: “Het blijft onlogisch dat deze voertuigen voor álle andere regels als bestelbus gelden, maar voor de vrachtwagenheffing niet. De vraag is of er, zeven maanden voor invoering, nog aandacht voor gevraagd kan worden.”
Ondernemers moeten alert zijn
Volgens Boots moeten transportbedrijven, verhuurbedrijven, marktkooplieden, bouwbedrijven en garagebedrijven dringend controleren of hun voertuigen in de N2-categorie vallen, om hoge verrassingen te voorkomen.
