LELYSTAD – De Rechtbank Midden-Nederland heeft bepaald dat de NOS haar berichtgeving over het aantal vrachtwagens met hulpgoederen dat vóór de oorlog van 7 oktober 2023 dagelijks Gaza binnenkwam, niet hoeft te rectificeren. De eis daartoe van belangenorganisatie CIDI (Centrum Informatie en Documentatie Israël) en CIDI Legal is maandag afgewezen.
CIDI vond berichtgeving onjuist en misleidend
CIDI c.s. stelde dat de NOS onjuiste cijfers gebruikte in haar berichtgeving over de bevoorrading van Gaza. Volgens de NOS kwamen er dagelijks tussen de 500 en 600 vrachtwagens met hulpgoederen Gaza binnen, terwijl het volgens CIDI ging om gemiddeld 327 vrachtwagens per dag, en slechts een kwart daarvan voedsel vervoerde.
De organisaties eisten daarom een rectificatie op de NOS-website en in het Achtuurjournaal.
De rechtbank oordeelde echter dat de NOS voldoende steun vond in feitelijke bronnen, waaronder publicaties van de Verenigde Naties en andere internationale organisaties zoals Amnesty International en Human Rights Watch. “De door NOS genoemde aantallen vrachtwagens vinden voldoende steun in de feiten,” aldus de voorzieningenrechter.
Recht op persvrijheid weegt zwaarder
De rechter stelde dat de vordering van CIDI neerkomt op een beperking van de vrijheid van meningsuiting en de persvrijheid van de NOS, die alleen kan worden beperkt als daar zwaarwegende redenen voor zijn. Daarvan was volgens de rechtbank geen sprake.
Bovendien bleek dat de NOS inmiddels al een aanvulling had geplaatst bij haar berichtgeving, waarin ook het standpunt van CIDI en de toelichting van de VN zijn vermeld. De rechtbank vond dat hiermee voldoende recht is gedaan aan de discussie.
Geen schade aangetoond
CIDI voerde verder aan dat de berichtgeving van de NOS bijdroeg aan een negatief beeld van Israël en de Joodse gemeenschap in Nederland. Volgens de rechtbank is die stelling niet voldoende onderbouwd. Er is geen bewijs dat de publicaties directe schade hebben veroorzaakt aan de belangen van CIDI of de Joodse gemeenschap.
Kosten voor CIDI
Omdat CIDI en CIDI Legal in het ongelijk zijn gesteld, moeten zij de proceskosten van in totaal 1.999 euro aan de NOS betalen.
De uitspraak werd gedaan op 3 november 2025 door de rechtbank Midden-Nederland, zittingsplaats Lelystad.
