UTRECHT – De Rechtbank Midden-Nederland heeft op 3 november 2025 een 23-jarige man veroordeeld voor oplichting, diefstal met een valse sleutel en computervredebreuk. De verdachte deed zich bij meerdere incidenten voor als politieagent in burger, haalde bij slachtoffers bankpassen en contant geld op en pinde vervolgens met de verkregen pincode. De straf bedraagt 150 dagen gevangenisstraf, waarvan 77 dagen voorwaardelijk met een proeftijd van twee jaar, en een taakstraf van 120 uur.
Werkwijze als ‘agent in burger’
De man belde slachtoffers op en presenteerde zich als politiemedewerker. In één zaak liet hij de bewoner inloggen op internetbankieren, waarna hij de opnamelimiet verhoogde. Ook vroeg hij slachtoffers hun bankpas en contant geld in een envelop mee te geven aan een vermeende collega die aan huis zou komen. De rechtbank spreekt van een listige en geraffineerde werkwijze die misbruik maakt van vertrouwen, vaak bij oudere slachtoffers.
Feiten in Leiden, Leidschendam, Apeldoorn en Veenendaal
In Leiden werd op 8 februari 2025 van een slachtoffer 1.900 euro gepind en werd bij een ander slachtoffer de opnamelimiet via internetbankieren verhoogd. In Leidschendam werd op 9 februari 2025 500 euro opgenomen. In Apeldoorn werd op 18 februari 2025 1.000 euro gepind. Een poging tot oplichting in Veenendaal op 18 februari 2025 mislukte. De verdachte bekende alle feiten; de zaken met parketnummers 16/054526-25 en 16/206452-25 zijn ter zitting gevoegd behandeld.
Strafmotivering en voorwaarden
Volgens de rechtbank raakte de verdachte in korte tijd meerdere slachtoffers met een vergelijkbare aanpak en heeft hij niet alleen financiële schade veroorzaakt, maar ook het veiligheidsgevoel van de slachtoffers aangetast. Omdat de man niet eerder is veroordeeld en verantwoordelijkheid nam, volstaat de rechtbank met een deels voorwaardelijke celstraf. Aan het voorwaardelijke deel zijn een meldplicht bij de reclassering en meewerken aan schuldhulpverlening verbonden. Het geschorste bevel tot voorlopige hechtenis is opgeheven.
Schadevergoeding aan slachtoffers
De verdachte moet hoofdelijk met mededaders 1.900 euro vergoeden aan een slachtoffer uit Leiden, te vermeerderen met wettelijke rente vanaf 8 februari 2025. Aan een slachtoffer uit Apeldoorn is 1.550 euro toegewezen, waarvan 1.050 euro materiële en 500 euro immateriële schade, met rente vanaf 18 februari 2025. De schadevergoedingsmaatregel is opgelegd; bij uitblijven van betaling kan gijzeling volgen zonder dat de betalingsverplichting vervalt.
Uitspraak
De veroordeling werd uitgesproken door de meervoudige kamer te Utrecht op 3 november 2025. De rechtbank benadrukt de ernst van het misbruik van het vertrouwen in politie en overheid en acht een forse reactie noodzakelijk om herhaling te voorkomen.
