AMSTERDAM – Het gerechtshof Amsterdam verwacht op 27 januari met een uitspraak te komen in de slepende rechtszaak over de zelfstandigheid van Uber-chauffeurs. Dat werd vrijdag bekend tijdens een zitting in het hoger beroep, waarin vakbond FNV en taxi-app Uber nogmaals tegenover elkaar stonden.
FNV begon de zaak tegen Uber jaren geleden, omdat Uber-chauffeurs volgens de vakbond eigenlijk werknemers zijn van het bedrijf. Maar ze krijgen niet hetzelfde loon en andere voordelen, zoals doorbetaling bij ziekte. Uber vindt dat de chauffeurs zelfstandige ondernemers zijn en wil dat zij zelfstandigen blijven.
Een rechtbank besliste in 2021 dat de taxi-app zijn chauffeurs in dienst moet nemen. Uber ging tegen de uitspraak in beroep.
Afwachting
Later bepaalde het hof dat Uber in afwachting van het hoger beroep de cao voor taxivervoer nog niet hoeft na te leven. Het hof stelde ook vragen aan de Hoge Raad over de rol van ondernemerschap bij het beoordelen van een arbeidsrelatie. Volgens de hoogste rechter zijn ondernemerscriteria net zo belangrijk als andere omstandigheden in de beoordeling of iemand als zelfstandige of als verkapte werknemer werkt.
Tijdens de zitting vrijdag gingen Uber en FNV in op de antwoorden van de Hoge Raad en benadrukten zij opnieuw hun standpunten. Uber wees onder meer op de individuele commerciële risico’s die chauffeurs lopen en de verschillende strategieën die zij bij het werk hanteren, zoals het juist wel of niet accepteren van ritten. Dat duidt op ondernemerschap en grote verschillen onder chauffeurs, vindt het bedrijf. Volgens de taxi-app, die in 2012 in Nederland werd geïntroduceerd, zijn er meer dan 10.000 actieve Uber-chauffeurs in Nederland.
FNV stelde juist dat de afhankelijkheid van Uber voor de chauffeurs groter is dan de onafhankelijkheid. Uber is de partij waar klanten een taxi bestellen en stelt de tarieven vast, aldus de bond. Ook houdt Uber volgens de bond bij hoe de chauffeurs functioneren en worden de voorwaarden eenzijdig aangepast. Voor zover Uber-chauffeurs buiten de taxi-app nog taxiwerk doen, is dat hooguit voor andere platformbedrijven, stelde de advocaat van FNV.


 
                                    
