DEN HAAG – De rechtbank Den Haag heeft geoordeeld dat het ontslag op staande voet van een vrachtwagenchauffeur in april 2025 onterecht was. De chauffeur had verlof aangevraagd, maar dit werd door zijn werkgever geweigerd wegens “seizoensdrukte”. Volgens de rechter was die reden onvoldoende onderbouwd, waardoor het verlof volgens de wet als verleend gold.
Verlofaanvraag meerdere keren geweigerd
De chauffeur, die sinds 2019 in dienst was, had begin 2025 meerdere keren verlof aangevraagd voor de periode rond Pasen. De werkgever wees de aanvragen af, met de mededeling dat er in april, mei en juni sprake zou zijn van seizoensdrukte. Ondanks deze weigeringen ging de chauffeur op 22 april 2025 toch met vakantie. Toen hij die dag vanuit Griekenland belde dat hij niet kon werken, ontsloeg de werkgever hem per direct.
Geen dringende reden
De rechtbank oordeelde dat de werkgever onvoldoende aannemelijk had gemaakt dat sprake was van een zodanige drukte dat verlof niet mogelijk was. Daarmee was het verlof rechtsgeldig vastgesteld op de door de werknemer gewenste periode. De chauffeur was dus geoorloofd afwezig, waardoor van werkweigering geen sprake was. Het ontslag op staande voet werd daarom ongeldig verklaard.
Vergoedingen toegekend
De rechter kende de chauffeur een transitievergoeding toe, evenals een gefixeerde schadevergoeding wegens het niet naleven van de opzegtermijn. Die vergoeding komt neer op het loon dat hij over de maanden mei en juni had moeten ontvangen. Daarnaast moet de werkgever de proceskosten betalen.
Een aparte billijke vergoeding kende de rechter niet toe, omdat de gefixeerde schadevergoeding al voldoende compensatie bood. Wel benadrukte de rechtbank dat de werkgever ernstig verwijtbaar had gehandeld.
Kanttekening bij werknemer
De rechter merkte daarbij op dat de chauffeur zelf ook niet volledig open was geweest. Kort voor zijn vertrek had hij nog toegezegd beschikbaar te zijn voor een nieuwe rit, zonder te melden dat hij met vakantie zou gaan. Dat rekende de rechtbank hem aan, maar dit deed niets af aan de conclusie dat het ontslag ongeldig was.
