Grote dalingen afhandeling short sea shipping Duitsland in 2020

KEULEN - In opdracht van het federale ministerie van Transport en Digitale Infrastructuur (BMVI) heeft het Federaal Bureau voor Goederenvervoer (BAG) de ontwikkeling van de short sea shipping in de Duitse zeehavens in 2020 nader onderzocht.

Door de gevolgen van de coronapandemie is het volume van de goederenoverslag in de short sea shipping in 2020 met zo’n 8,4 procent gedaald ten opzichte van het jaar ervoor tot zo’n 165,6 miljoen ton (exclusief het eigen gewicht van de ladingdragers). Dit was de laagste waarde in tien jaar.

Net als in voorgaande jaren was het volume van de short sea shipping dat in 2020 werd afgehandeld, lager dan het totale volume van de zeevracht die door de Duitse havens werd afgehandeld. Deze laatste daalde met ongeveer 6,4 procent ten opzichte van het voorgaande jaar tot een totaal van ongeveer 275,7 miljoen ton.

Short sea shipping omvat het vervoer te water van goederen of passagiers over een traject dat ten minste voor een deel uit zee of oceaan bestaat, maar waarbij de oceaan niet wordt gekruist. Het gebied waarbinnen Short sea shipping zich afspeelt, is uitgebreid en gaat van de Baltische landen, over Scandinavië en IJsland, via het Verenigd Koninkrijk en West-Europa, naar het Iberisch Schiereiland en de gehele Middellandse Zee (inclusief Noord-Afrika en de Zwarte Zee).

Het betreft dus een nieuwe dynamische naam voor de vroegere 'kustvaart', verbonden aan een bovendien veel groter territorium. Dit soort vervoer wordt ook gepromoot door de Europese Unie ten nadele van het vervoer over weg en de trein. De onderlinge concurrentie maakt dat het concurrerende prijzen kan aanbieden. Short sea shipping kan ook gebeuren in eigen land tussen verschillende havens, dit is bijvoorbeeld het geval in Groot-Brittannië, Italië en Noorwegen.

De belangrijkste reden voor de daling van de short sea shipping was het lagere vrachtvolume dat door de Duitse zeehavens met Scandinavië en de Russische Federatie werd behandeld. In 2020 bleef deze laatste de eerste plaats in de short sea shipping bezetten met Duitse havens, net voor Zweden.

Ook de goederenbehandeling in het binnenlands Duitse zeevervoer daalde. Daarentegen was er in de vergelijkingsperiode een stijging van de overslag met onder meer het Verenigd Koninkrijk en Turkije. De containeroverslag van Duitse zeehavens in de shortsea is in 2020 met zo'n 4,4 procent gedaald ten opzichte van het jaar ervoor tot zo'n 5,4 miljoen TEU, vooral door lagere volumes in het verkeer met de Russische Federatie, Zweden, Finland en de Baltische staten.

Desalniettemin realiseerden Duitse zeehavens in 2020 wederom een ​​hogere containeroverslag in de short sea shipping dan aangrenzende, buitenlandse havenlocaties. Hierbij moet wel worden opgemerkt dat de zeehavens in België en Nederland in 2020 groei lieten zien in dit segment.

Naast containers lieten ook alle andere soorten lading in 2020 een daling van de overslag op jaarbasis zien; droge en vloeibare bulkgoederen waren bijzonder hoog. In het RoRo-verkeer behandelden de Duitse Oostzeehavens in 2020 in totaal bijna 1,9 miljoen vrachtwagens en onbegeleide aanhangwagens of opleggers, ongeveer 4,7 procent minder dan in 2019.

Met uitzondering van Litouwen noteerden de Duitse Oostzeehavens een jaar- vergelijking op jaarbasis van het algemeen dalende afhandelingsvolume met alle partnerlanden.