Clicky


De loonberekening van chauffeurs: het blijft ingewikkeld voor chauffeurs èn transportbedrijven

De loonberekening van chauffeurs: het blijft ingewikkeld voor chauffeurs èn transportbedrijven
25-11-2020 19:23 | Juridische Column | auteur Redactie

Afgelopen maandag brachten onderzoeksjournalisten van ‘De Monitor’ de resultaten van hun onderzoek naar buiten in de uitzending met de veelzeggende titel ‘Werkdruk onder vrachtwagenchauffeurs’. De uitzending brengt niet alleen het dilemma voor chauffeurs naar voren. Het brengt ook goed het dilemma in beeld voor transportondernemers.

Doordat de marges in de transportsector klein zijn, moeten opdrachtgevers en transportondernemingen op zoek naar kostenverlagende maatregelen. Deze zoektocht naar kostenverlaging lijkt door de coronacrisis nog eens te zijn versterkt. Dit veroorzaakt een constante afweging tussen het beschermen van (de arbeidsomstandigheden van) chauffeurs enerzijds, en het risico weg te worden beconcurreerd door (buitenlandse) partijen anderzijds.

Een onderbelichte bron van bescherming van vrachtwagenchauffeurs is de toepasselijke cao. Toch is juist over de toepasselijkheid van die cao onlangs een interessante uitspraak gewezen door het Hof Arnhem Leeuwarden[1] in de zaak van FNV tegen Rotra. Daaruit blijkt goed hoe dun de lijn is tussen een praktische en transparante regeling en een regeling in strijd met de cao.

De zaak FNV tegen Rotra: voldoet de berekening van het loon van chauffeurs aan de cao?

Rotra is een transportonderneming die valt onder de ‘cao voor het Beroepsgoederenvervoer over de weg en de verhuur van mobiele kranen’. De kern van de zaak is of de werkwijze die Rotra hanteert voor de berekening van het loon van chauffeurs, voldoet aan de cao[2]. Die werkwijze is als volgt.

Rotra gebruikt voor de loonberekening de door chauffeurs ingevulde urenstaten. Als blijkt dat een chauffeur langer heeft stil gestaan dan normaal is op basis van ‘ervaringsregels’, dan verwacht Rotra van de chauffeur een toelichting. Als de chauffeur dit niet kan toelichten, dan wordt de wachttijd vanaf een vast moment als pauzetijd aangemerkt. Indien de chauffeur het daar niet mee eens is, kan hij bezwaar aantekenen.

FNV daagt Rotra voor de rechter en stelt dat een dergelijke manier van loonberekening in strijd is met de cao. Dit is een ‘normeringsregeling’, zo stelt FNV, en daarvoor is toestemming van werkgevers- en werknemersorganisaties nodig. Bovendien zou deze werkwijze een te vergaande controle op de rittijden van chauffeurs zijn. De kantonrechter wijst de vorderingen van FNV af. FNV gaat daarom in hoger beroep.

FNV/Rotra: De uitspraak van het Hof

Het Hof oordeelt dat hier geen sprake is van een normeringsregeling. Van een normeringsregeling is volgens het Hof immers de essentie dat:

“de normale duur van de werkzaamheden wordt genormeerd op basis van praktijkregels en dat die normen, en dus niet de werkelijk gemaakte diensturen, worden gebruikt voor de berekening van het loon.”

Hier is dat niet het geval, omdat de loonberekening is gebaseerd op de werkelijke gemaakte uren, zij het met individuele correcties. De hiervoor gebruikte ‘ervaringsregels’ maken niet dat de loonberekening een normeringsregeling is.

Een dergelijke wijze is ook geen te vergaande controle op de rittijden van chauffeurs, zo vervolgt het Hof. Daarbij acht het Hof van belang dat Rotra bij het aanbrengen van correcties nooit meer corrigeert dan de tijden van de pauzestaffel die op grond van de cao in mindering (dienen te) worden gebracht van de diensturen.

Conclusie

Het lijkt erop dat een loonberekening op grond van de werkelijk gemaakte diensturen niet in beton is gegoten. Correcties hierop zijn mogelijk, zelfs op ‘ervaringsregels’. De mogelijkheden voor correcties zijn echter niet eindeloos. Een regeling moet praktisch, transparant en genormeerd zijn. Alleen dan blijft de afweging tussen het besparen van kosten en het beschermen van chauffeurs in balans.


Martijn KagerSophie StolkerBij vragen over het bovenstaande of voor meer informatie over dit onderwerp kunt u zich wenden tot Martijn Kager (kager@delissenmartens.nl) jurist Arbeidsrecht of Sophie Stolker (stolker@delissenmartens.nl), advocaat Arbeidsrecht bij Delissen Martens Advocaten.

[1] Hof Arnhem-Leeuwarden 3 november 2020, ECLI:NL:GHARL:2020:8977
[2] Artikel 26a van de cao