Twee jaar celstraf voor een verkeersongeluk

Verkeersongelukken in Nederland worden zelden afgedaan met een celstraf. In de regel oordeelt een rechtbank immers dat er van opzet geen sprake is en een verkeerszaak vaak alleen maar slachtoffers kent. Toch worden er ook vrachtwagenchauffeurs veroordeeld tot een celstraf. Hoe bont je het dan moet maken, leest u in dit verhaal.

Het is 12 augustus 2017 in de gemeente Losser. Half vier in de ochtend. Hoewel het zomer is, is het nog donker op de snelweg A1. Er is ter plaatse geen straatverlichting, wat het wegdek nog een stuk donkerder maakt. Chauffeur Pjotr rijdt in zijn trekker zonder oplegger in de richting van Duitsland, maar er is iets raars aan de hand. Zijn achterlichten branden niet en de chauffeur rijdt met een vaartje van rond de veertig kilometer per uur over het asfalt. Het andere verkeer raast met de maximaal toegestane 130 kilometer per uur door.

De situatie is behoorlijk gevaarlijk omdat het verschil in snelheid enorm is. Het duurt dan ook niet lang voor er een auto achter de truck opdoemt. De bestuurder van de personenwagen rijdt ongeveer 130 kilometer per uur en heeft geen schijn van kans. Hij ziet de langzaam rijdende truck niet en boort zijn wagen in de achterkant van de trekker. De man draagt vermoedelijk geen gordel en is op slag dood. Volgens de schouwarts was met name het letsel aan de borst van de man ‘niet met het leven verenigbaar’.

Pjotr brengt zijn vrachtwagen tot stilstand en besluit dan om door te rijden.

Aanhouding

De politie weet de trucker toch te achterhalen en bij zijn aanhouding ruiken ze het al. Deze man moet hebben gedronken. En dat blijkt. Na een ademanalyse scoort Pjotr maar liefst 615 microgram per liter uitgeademde lucht, ongeveer 1,40 promille. Ver boven de toegestane limiet van 0,54 promille. Voor een man van 80 kilo moet je dan denken aan zeker acht glazen alcohol, een uur na inname.

Dan de juridische analyse. Om in aanmerking voor artikel 6 Wegenverkeerswet (dood door schuld) kan en mag de rechtbank niet zomaar uitgaan van een enkele verkeersfout. Er moet meer aan de hand zijn. En dat is in dit geval niet zo heel moeilijk vast te stellen. De rechtbank meent namelijk dat de vrachtwagenchauffeur zeer onvoorzichtig heeft gereden omdat hij na het gebruiken van een aanzienlijke hoeveelheid alcohol, in zeer donkere omstandigheden op een snelweg ongeveer 42 kilometer per uur heeft gereden (waar je 130 mocht) met een opleggertrekker zonder brandend achterlicht. Daarbij heeft hij ook nog eens de plek van het ongeval verlaten.

Dat levert dus maar liefst drie misdrijven op; dronken rijden, veroorzaken dodelijk ongeval en verlaten plaats ongeval.

Celstraf

De rechtbank meent dan ook dat Pjotr als beroepschauffeur veel risico heeft genomen en met zijn gedrag het andere verkeer in gevaar heeft gebracht. Door zich zo te gedragen ziet de rechtbank geen enkele reden om in zijn voordeel af te wijken van de richtlijn. Voor dronken (meer dan 570 microgram) een dodelijk ongeluk veroorzaken betekent dit een celstraf van 24 maanden en een rijontzegging van vier jaren. Omdat Pjotr een beroepschauffeur is, wordt deze ontzegging nog eens verlengd tot vijf jaar.

Pjotr is een grote uitzondering. De meeste vrachtwagenchauffeurs die verantwoordelijk zijn voor een ernstig ongeluk zien hun slachtoffers simpelweg over het hoofd. Dat hadden ze niet moeten doen, maar het is nog te zien als een verkeersfout met vreselijke gevolgen.

Wat de rechtbank in dit geval zegt is dat Pjotr geen slachtoffer meer is van een eigen verkeersfout. Wat hij heeft gedaan is zo zwaar dat alleen een celstraf passend en geboden is.

Chris Klomp