Clicky


Niet met vaste hand

Niet met vaste hand
11-02-2016 09:45 | Column Verkeersrecht | auteur Chris Klomp

Het is 3 december 2012. De rijksweg A20 bij Rotterdam vult zich met verkeer. Het is druk en hier en daar komt het verkeer even vast te zitten. Om na enkele seconden weer een stukje op te kunnen schuiven. In de file staan mensen op weg naar hun werk. En chauffeurs die al aan het werk zijn. Op de matrixborden boven de weg staat het getal 50. Harder is niet verantwoord.

De Duitse vrachtwagenchauffeur Heinrich nadert de file met zijn zware lading en merkt dat het verkeer niet geheel en al ongehinderd door kan rijden. Zestien minuten eerder moet hij voor het eerst het getal 50 op de matrixborden voorbij hebben zien komen. Hij is er niet bijster van onder de indruk. Heinrich rijdt met ongeveer 70 kilometer per uur verder.

Dan maakt hij een dodelijke vergissing. Hij besluit ondanks de drukte een map op te pakken die op de grond is gegleden. Zijn ogen glijden langs de voorruit en het stuur. Steeds verder naar beneden. Zijn blik verdwijnt uiteindelijk enkele seonden naar de grond. Zijn combinatie begint uit te wijken.

Als Heinrich zijn blik weer op de weg heeft gericht, ziet hij pas dat zijn combinatie naar rechts is uitgeweken. Hij rijdt nog steeds 70 kilometer per uur en knalt niet veel later op een personenauto die stilstaat op de weg. De auto klapt op een vrachtwagen die er pal voor staat. Heinrich drukt zijn zware lading hard in de auto van het slachtoffer. De automobilist sterft ter plaatse.

Pas in de zomer van 2015 staat Heinrich voor de rechter in Nederland. Hij toont zich schuldbewust. Hij weet dat hij een grote fout heeft begaan en vertelt de rechter dat zijn leven nooit meer zal zijn zoals het voor het ongeluk was. Hij weet dat de nabestaanden een dierbare hebben verloren, maar ook zijn leven staat sinds die derde december op zijn kop: 'Ook ik ben getekend door het leven'

Zijn zaak staat er niet best voor. Hij reed te hard tijdens een drukke ochtendspits. En hij besloot een map van de grond te pakken terwijl hij zijn aandacht meer dan ooit vol bij de weg had moeten hebben. De rechtbank ziet dan ook geen enkele reden om geen straf op te leggen, zo zal twee weken later blijken. Maar de rechtbank stelt wel meteen vast dat emotie niets van doen heeft met de schuldvraag:

"Vooropgesteld wordt dat in verkeerszaken als de onderhavige zaak de emoties die hierbij spelen, hoe voorstelbaar ook, geen rol spelen bij de beantwoording van de juridische vraag of aan de verdachte in strafrechtelijke zin een verwijt kan worden gemaakt met betrekking tot zijn verkeersgedrag. Met andere woorden, het feit dat het verkeersongeval voor het slachtoffer en de nabestaanden dramatische gevolgen heeft gehad, weegt niet mee bij het beoordelen van de schuldvraag."

Die afweging is een bekende verschijning in het strafrecht, maar niet altijd begrijpt de leek wat de rechters er mee willen zeggen. Het komt er op neer dat de fout van de chauffeur juridisch moet worden gewogen zonder de gevolgen er bij te betrekken. Als Heinrich de dood van de automobilist niet op zijn geweten had, dan zou de fout er immers nog steeds zijn. Hij handelde verkeerd, ongeacht de gevolgen. Die gevolgen komen pas weer aan bod bij de strafmaat. Dat gezegd hebbende, komt de rechtbank tot het oordeel dat Heinrich een duidelijk verwijt kan worden gemaakt.

"De verdachte is ernstig tekort geschoten in zijn zorgplicht jegens andere verkeersdeelnemers. De verdachte heeft niet voortdurend de handelingen verricht die van hem als bestuurder werden vereist; hij heeft niet zijn blik en aandacht op de weg gericht gehouden en daarenboven niet met vaste hand gereden. De rechtbank weegt daarbij mee dat de verdachte een zwaar en groot voertuig bestuurde, waardoor aan te richten schade al snel zéér ernstige vormen kon aannemen, mede vanwege de verkeersdrukte die ochtend. In dit geval heeft zich dat risico helaas ook verwezenlijkt. De verdachte had zich hiervan bewust moeten zijn en hij had daarnaar moeten handelen door aanmerkelijk meer voorzichtigheid en oplettendheid in acht te nemen."

De strafrichtlijn bij soortgelijke ongelukken is duidelijk. Als een automobilist het leven laat en er is sprake van onvoorzichtig rijgedrag, dan kan er al snel een werkstraf op worden gelegd van 240 uur. Plus een rijontzegging van een jaar. Maar rechtspraak is maatwerk en er doemen twee problemen op. Heinrich is een inwoner van Duitsland. Kan hij wel een werkstraf krijgen? En hoe zit het met zijn rijontzegging? Het zou op zeker voor hem einde loopbaan betekenen. Heinrich is de jongste niet meer.

De rechtbank doet wat het moet doen en past de wettelijk verplichte dubbele rechtvaardigheid toe. De rechters achten een werkstraf passend (die op basis van internationale afspraken ook in het eigen geboorteland uitgevoerd kan worden), maar de rijontzegging niet. Heinrich zou op zeker zijn baan verliezen en dat zou een extra en een te zware straf zijn voor de chauffeur die het gevolg van zijn handelen ook niet voor ogen had. Daar komt nog bij dat de chauffeur jaren heeft moeten wachten voor hij duidelijkheid kreeg over zijn lot. De rechters zeggen het er niet bij, maar tussen de regels van het vonnis door is het te lezen: wachten op je lot is ook een straf. De rechtbank kiest er voor om de werkstraf vergezeld te laten gaan van een geheel voorwaardelijke rijontzegging. Een waarschuwing.

De volgende keer kan Heinrich fluiten naar zijn rijbewijs.