Minder overlast door vliegroute Lelystad

DEN HAAG - De overlast op de noordelijke Veluwe door vertrekkende vliegtuigen van luchthaven Lelystad wordt minder omdat ze hoger gaan vliegen. Dat heeft staatssecretaris Sharon Dijksma (Infrastructuur en Milieu) aan de Tweede Kamer laten weten. Er is geen oplossing gevonden voor het parachutespringen vanaf vliegveld Teuge.

Lelystad Airport moet vanaf 2019 vakantievluchten van Schiphol gaan overnemen. Er moeten hier in 2043 uiteindelijk maximaal 45.000 starts en landingen plaatsvinden. Provincies en gemeenten zijn bang voor overlast door overvliegende vliegtuigen

Dijksma denkt door de aanpassing van de vertrekroute een deel van de zorgen weg te kunnen nemen. Verder wijst ze erop dat "in praktijk vaak hoger gevlogen kan en zal worden". Vliegtuigen stijgen vaak sneller op en vliegen daardoor eerder hoger. Daardoor zou er dan minder overlast zijn.

Luchthaven Teuge bij Apeldoorn had een alternatieve vliegroute aangedragen om het parachutespringen te redden. Maar die biedt geen oplossing volgens Dijksma. Alle bekeken alternatieve routes vielen af omdat ze niet veilig zijn of het vliegverkeer naar Schiphol zouden belemmeren.

Het gekozen vliegplan voor Lelystad maakt parachutespringen op grote hoogte vanaf Teuge onmogelijk. Als het paracentrum dicht zou gaan, raakt de luchthaven de helft van zijn omzet kwijt. De verwachting is dat de luchthaven dan moet sluiten. Dijksma wil nog op zoek naar een alternatieve locatie voor het paraspringen.

Eerder op de dag kreeg de Tweede Kamercommissie Infrastructuur nog meer dan 80.000 handtekeningen van actiegroepen die zich verzetten tegen de geplande vliegroutes voor een groter Lelystad Airport. De Tweede Kamer spreekt er volgende week over.