Clicky


Olie Alert Waddenzee: improviseren tijdens oefening op zee

Olie Alert Waddenzee: improviseren tijdens oefening op zee
06-09-2017 09:48 | Algemeen | auteur Redactie [FE]

TEXEL - Het is belangrijk om goede plannen te maken voor oliebestrijding. Maar in de praktijk moet je ook goed kunnen improviseren. Dat bleek herhaaldelijk tijdens de tweede dag van Olie Alert Waddenzee, waarbij werd geoefend op de Noordzee en op het diepe deel van de Waddenzee, nabij Texel.

Vroeg in de ochtend van dinsdag 5 september begon de MS Arca de oefening met het creëren van een ‘olievlek’ met behulp van radiagreen: een natuurvriendelijke olieachtige kleurstof. De ‘olie’ werd verzameld in een 200 meter lang oliekerende scherm, dat getrokken werd door de Terschelling en de Hurricane. De Hein voer daarachter om de resterende olie op te vangen.

Oefenen zorgt voor routine

De samenwerking tussen Rijkswaterstaat, Kustwacht en de betrokken onderaannemers verliep voorspoedig. “Olie ruimen op open zee is op zichzelf vrij eenvoudig,” vertelt Sjon Huisman, oefenleider op de Noordzee. “Maar we moeten het wel regelmatig blijven oefenen om het ook eenvoudig te houden. Het is belangrijk dat het een routine blijft, waar je op terug kunt vallen wanneer er een echte ramp dreigt.”

Weten hoe olie zich gedraagt

Het Regionaal Crisisteam (RCT) dat een belangrijke coördinerende rol heeft bij oliebestrijding, én bij de oefening, werkt meer dan voorheen aan de hand van protocollen. Belangrijk, weet Huisman. “Maar je moet ook begrijpen wat olie doet, en hoe het zich gedraagt op het water. Ook daarom moeten we in de praktijk blijven oefenen, om te weten hoe we met de olie om moeten gaan wanneer de nood aan de man is.”

Improviseren op zee

De oefening op de Noordzee zou plaatsvinden voor de kust bij Julianadorp. Maar omdat daar vissers actief waren, werd op het laatste moment uitgeweken naar een locatie voor de kust bij Egmond. Ook voor de journalisten die aan boord van de Pilot verslag deden van de oefening, was het af en toe flink improviseren. Zo werd NOS-verslaggever Martijn van der Zande tijdens de eerste oefening zeeziek door de heftige deining op de Noordzee, en kon hij alleen nog maar liggend interviewen. Toch zette hij door, met als resultaat een mooie reportage op Radio 1.

Hoge golven, harde wind

De tweede fase van de oliebestrijding was gepland in de Texelstroom, voor de kust bij Oudeschild. Maar de wind – met kracht 4 á 5 – gooide roet in het eten, vertelt Officier van Dienst Johan van den Akker: “De golven waren op die plek te hoog voor de veegarmen. We hadden ze nog wel kunnen gebruiken, maar het risico bestond dat ze kapot zouden gaan. Wanneer er echt olie op zee ligt, nemen we dat risico uiteraard, en ruimen we zoveel mogelijk van de olie op. Maar in het kader van de oefening besloten we die grens niet op te zoeken en even verderop te gaan oefenen.”

Aanpassen aan omstandigheden

Eerder op de dag moest Van den Akker ook al improviseren, toen de Asturias uitviel met pech: het schip dat de Current Buster moest trekken. “Uiteindelijk hebben we hiervoor de Terschelling ingezet, en dat ging eigenlijk heel goed. Je kunt veel van tevoren uitdenken, maar je houdt altijd zaken die je niet kunt plannen. Leerzaam, want zo gaat het in het echt ook: je moet je soms aanpassen aan de omstandigheden.”

Twee formaties getest

Uiteindelijk konden tijdens de oefening op de Waddenzee – waarbij stro werd gebruikt in plaats van olie – de twee geplande formaties met succes worden getest. “De eerste formatie – naast elkaar – zetten we in als we heel dik in de olie zitten. Dan wil je een zo breed mogelijk veegpad om zoveel mogelijk olie te pakken. Bij de tweede formatie voeren de schepen schuin achter elkaar. Dat passen we toe als we olieslierten gaan opruimen van zo’n 20-30 meter breed. Het voorste schip pakt dan zoveel mogelijk. Wat achterblijft pakt de tweede, en het laatste restje wordt opgeruimd door de derde.”

Grootste uitdaging

Woensdag 6 september wacht de grootste uitdaging voor de deelnemers, wanneer de oliebestrijdingsoefening zich verplaatst naar de snelstromende, ondiepe en droogvallende delen van de Waddenzee en de kust. Olie bestrijden in dit gebied met slikkige platen is moeilijk, en kan ingrijpend zijn voor de aanwezige natuur. Bovendien werkt Rijkswaterstaat bij de oefening samen met veel verschillende partners en ruim 70 vrijwilligers.