Advies advocaat-generaal Europees Hof van Justitie: vrachtwagen is geen weekendverblijf

Vrachtwagenchauffeurs mogen niet worden verplicht om hun weekendrust in de cabine door te brengen. Dat stelt Evgeni Tanchev, advocaat-generaal bij het Europees Hof van Justitie, in een advies over de Europese richtlijn over rij- en rusttijden.

“Een goed advies, het wordt hoog tijd dat Nederland eindelijk eens wat gaat doen aan het probleem van kamperende vrachtwagenchauffeurs. Minister Schultz lijkt er gewoon geen zin in te hebben, maar die weigerachtige houding is niet langer te handhaven”, vindt Tjitze van Rijssel, onderhandelaar bij CNV Vakmensen.

CNV Vakmensen pleit er al langer voor dat vrachtwagenchauffeurs hun verplichte weekendrust niet in de cabine doorbrengen. “De meeste parkeerplaatsen langs de weg zijn alleen geschikt voor korte rustperiodes, maar niet voor een langdurig verblijf. Wat we nu zien, is dat met name Oosteuropese chauffeurs vaak maandenlang van huis zijn en onderweg kamperen, op plekken zonder geschikte voorzieningen. Dat is een onwenselijke situatie, die voor overlast en problemen zorgt. Daarbij komt dat de Nederlandse chauffeurs voor hun korte rustperiode geen gebruik meer kunnen maken van die parkeerplaatsen, en daardoor soms weer in de problemen komen met de rij- en rusttijdenwet.”

Pleidooi voor strenger handhaven

In het buitenland (België, Frankrijk en binnenkort ook Duitsland) gelden al hoge boetes of zelfs gevangenisstraf voor chauffeurs die hun verplichte weekendrust in de cabine doorbrengen. In november 2015 pleitte CNV Vakmensen er al voor dat Nederland dit voorbeeld volgt, door ook strenger te handhaven. De Tweede Kamer nam hierover onlangs ook een motie aan. In een brief reageerde minister Schultz echter dat die motie “onuitvoerbaar” is omdat de Inspectie hierop niet kan handhaven.

Hakken uit het zand

“Dat standpunt is niet houdbaar, zeker gezien het advies van de advocaat-generaal”, vindt Van Rijssel. “We vragen de minister om haar hakken uit het zand te halen en die motie gewoon uit te voeren. Natúúrlijk kan de Inspectie hierop controleren, sterker, dat gebeurt in de praktijk ook al. Er zijn twee problemen: er zijn op dit moment te weinig inspecteurs én er worden geen boetes uitgedeeld.”

Geen hotelkamer

Het argument van de minister dat vrachtwagens tegenwoordig voldoende comfortabel zijn, vindt Van Rijssel “lachwekkend”. “Vrachtwagens worden steeds comfortabeler, maar een vrachtwagencabine is geen hotelkamer. In cabines van bepaalde types kun je niet eens rechtop staan. En als je met een koelwagen rijdt, heb je doorlopend herrie van een aggregaat. Wij vinden dat vrachtwagenchauffeurs, net als elke andere werknemer, recht heeft op een fatsoenlijke slaapplek met normale sanitaire voorzieningen.”

Sociale dumping

Met een strengere handhaving en hogere boetes komt er ook meer druk te liggen bij de transportbedrijven, verwacht Van Rijssel. “Zij zijn uiteindelijk verantwoordelijk voor de ‘sociale dumping’ en oneerlijke concurrentie in de sector. We moeten met elkaar een einde maken aan de praktijk waarbij chauffeurs vaak maandenlang voor een laag salaris van huis worden gestuurd, zonder geld om ergens fatsoenlijk te kunnen overnachten.”