Clicky


Transport Portret: Spelevaren op het IJ

Transport Portret: Spelevaren op het IJ
23-01-2016 10:01 | Algemeen | auteur Karin Stroo

AMSTERDAM - Ze zijn vanochtend om zes uur begonnen, de schippers van IJveer 51. De pont kwam rechtstreeks uit de nachtdienst en dus was olie nakijken niet nodig. Wanneer de schippers een pont op moeten halen in de haven, dan controleren ze alles zelf.

Marco Rooth (63) en Frits Noordhuis (62) werken vandaag samen. Ze wisselen elkaar af: uurtje varen, uurtje de benen strekken, rondje over het dek lopen, bewakingscamera’s bekijken, koffie zetten, praatje maken met de passagiers.

Schippers zijn op het IJveer van GVB altijd met zijn tweeën, voor het geval er iets gebeurt. “Gisteren nog,” zegt Rooth, “was er een mevrouw onwel geworden.”

Noordhuis knikt, hij zoekt intussen naar foto’s van Sail op zijn mobiel. Dat was voor hem een hoogtepunt. “Vandaag is het mij eigenlijk te rustig. Ik vind het mooi wanneer het druk is op het IJ en je overal tussendoor moet laveren.”

Noordhuis woont in Lelystad: “Ik vind het fantastisch om in Amsterdam te werken, maar ik ben blij als ik ’s avonds weer naar huis rijd, naar de rust.”

Hij is geboren op het water, zijn ouders hadden een binnenvaartschip. “Ik ben altijd naar een schippersinternaat geweest. Op mijn dertiende werd me gevraagd of ik verder wilde leren of dat ik wilde gaan werken. Nou, op die leeftijd had ik natuurlijk dollartekens in mijn ogen.”

Hij werd matroos aan boord bij zijn ouders. Later stuurman en uiteindelijk kapitein. Noordhuis heeft zijn hele leven gevaren. Op de draagvleugelboot, “ter ziele omdat de directie niet deugde”, op de rondvaartboot door de grachten, “gek werd ik uiteindelijk van die toeristen”, en 24 jaar lang op een passagiersschip op de Rijn.

Collega Rooth, woonachtig in Amsterdam,  heeft een heel andere achtergrond. Hij is kunstschilder en product designer voor film en televisie. Wel heeft hij altijd gevaren. “We waren jongens met bootjes. Toen de NDSM-werf in 1984 sloot, werd dat een no-go area. Maar wij vonden het er fantastisch. We zaten altijd op het IJ.”

Samen met zijn vriendin organiseert Rooth sinds een paar jaar rondvaarten door Amsterdam en over het IJ met een voormalige patrouilleboot van de Duitse Rijkswaterstaat.

Als Rooth 55 jaar is, haalt hij zijn groot vaarbewijs, gewoon samen met wat vrienden. 

Schipper Marco Rooth

Pas een paar jaar later doet hij er daadwerkelijk wat mee: wanneer ze bij GVB Amsterdam  parttime schippers vragen. “Ik had niet zo veel zin meer in mijn freelance televisiewerk, en schipper zijn op de pont leek me echt leuk. Nog nooit van mijn leven had ik een vaste baan gehad.”

Noordhuis valt hem bij: “Dit is fantastisch werk, maar geen baan waar je op je twintigste aan begint. Als je tot je zeventigste heen en weer moet varen…” Want dat is wel bijzonder: bij GVB mag je tot je 72ste blijven schipperen, zij het de laatste jaren via een uitzendbureau.

Rooth houdt van dit werk, van “de verschillende vaarroutes”. Hij heeft een voorkeur voor de NDSM-route, “omdat je dan lekker lang kunt varen.”

Er komen wat passagiers aan rennen op het laatste moment. Rooth wacht geduldig tot ze aan boord zijn en dan sluit hij de klep.

“Al die mensen, leuk hoor. Ik heb wel eens stukjes geschreven over opvallende passagiers. Misschien moet ik daar toch eens iets mee doen.”

Hij denkt  verschillen te kunnen zien in de passagiers per opstappunt: “Bij het Oostveer zijn ze altijd vriendelijk, hebben ze zin in een tochtje. De Meeuwenlaan is wat somberder. En bij het Centraal Station is er veel werkverkeer en is men vaak gehaast. De NDSM-pont wordt ook gebruikt voor werkverkeer, maar dan creatiever, dat zie je.”

De zes veerdiensten over het IJ zijn gratis. Dat levert nogal eens een verbaasde reacties van niet- Amsterdammers op.

Rooth neemt een slok koffie: “Frits laat de machinekamer wel even zien, dat vindt hij leuk om te doen.”

Twee verdiepingen lager opent Noordhuis enthousiast de dikke toegangsdeuren waarachter de motoren stampen. Aan zowel de voor- als de achterkant van de pont zit een schroef. “Hij verbruikt per motor per uur  zo’n 30 tot 35 liter diesel . Dat is  ongeveer 70 liter per uur, dus reken maar uit.”

Op de begane grond is een toilet, een keukentje met magnetron, en een hoekje met een computer.

Terug boven neemt Noordhuis het stuur weer over. Behendig vaart hij om een groot binnenvaartschip heen.

Schipper Frits Noordhuis

Rooth: “Ja joh, het is gewoon spelevaren. Dit ding kan alles. Hij kan varen zoals een krab loopt, 360 graden draaien en zijwaarts aanleggen.”

Noordhuis laat even zien hoe IJveer 51 als een krab kan varen. Beneden op het dek kijkt een aantal passagiers verbaasd lachend omhoog. Noordhuis steekt zijn duim naar hen op en vaart rustig verder naar de overkant.

Deze schippers zijn de koning van het IJ, boven in hun glazen stuurhut hebben zij de mooiste uitzichten. Iedere dag opnieuw.