Akkoord met Commissaris Bulc over modernisering Belgische havenarbeid
BRUSSEL - De Belgische Vicepremier en Minister van Werk Kris Peeters heeft met Europees Commissaris voor Transport Violeta Bulc vrijdag 11 december een akkoord bereikt over een actieplan tot modernisering van de organisatie van de havenarbeid in België. België heeft de tijd om het bereikte akkoord om te zetten naar Belgische wetgeving tegen 1 juli 2016. De modernisering zal vervolgens stapsgewijs worden ingevoerd, verspreid over vier jaar.
“Het was een krachttoer om de havenarbeid in overleg met alle betrokkenen te moderniseren naar de verwachtingen van de EU, en zo een veroordeling van ons land te vermijden. We hebben onze verantwoordelijkheid genomen en zwaar geïnvesteerd in overleg om een akkoord te bereiken. Het was de enige weg om tot deze oplossing te komen. We hebben dankzij deze inspanningen, in het belang van werkgevers en werknemers, de internationale reputatie en het economisch belang van de haven, het onderste uit de kan gehaald voor een werkbare oplossing. Dit akkoord is er nu, en ik verdedig het ten volle”, benadrukt Kris Peeters.
De Wet betreffende de havenarbeid (Wet Major, KB van 12 januari 1973) bepaalt dat enkel erkende havenarbeiders in de havengebieden arbeid mogen verrichten. Voor Europa is het onaanvaardbaar dat havenbedrijven in België enkel met erkende havenarbeiders uit de pool kunnen werken.
“Het vandaag bereikte akkoord met Commissaris Bulc houdt een onafwendbare modernisering in van de manier waarop de havenarbeid in ons land is georganiseerd. De essentie van ons systeem van havenarbeid blijft evenwel behouden, met inbegrip van de wet Major,” besluit Kris Peeters.
De Haven van Antwerpen is de tweede toegangspoort tot Europa, de grootste chemiehub, en de belangrijkste logistieke hub. De Haven van Antwerpen staat in voor 61.000 directe en 85.000 indirecte banen. De toegevoegde waarde van de Haven van Antwerpen bedraagt 20 miljard euro per jaar, of 5.0 procent van het BBP van België. Dit jaar kende de Haven van Antwerpen de eerste drie kwartalen een groei van 5.5 procent.