Clicky


Gerard Miedema: kraanmachinist op sokken

Gerard Miedema: kraanmachinist op sokken

KREILEROORD – Gerard Miedema zit in het verticaal transport. Hij is kraanmachinist en werkt op dit moment op een 160 ton rupshijskraan. Miedema houdt van schoon en netjes en zit altijd op sokken in de cabine van de kraan.

Miedema werkt voor de firma Zwagerman in Nederhorst den Berg. “Wij werken met twintig machinisten door heel Nederland, maar hebben zo’n vijftig kranen die over de hele wereld ingezet worden”, vertelt Gerard Miedema. “Je kunt bij ons kiezen voor het werk op een vaste machine, waarmee je door heel Nederland gaat. Of je kiest ervoor in een straal van 150 kilometer rond je woonplaats te werken, waardoor je elke keer op een andere kraan werkt.”

Miedema werkt door het hele land. “Van Terschelling tot Groningen tot Vlissingen. Maar ik kom ook weleens in het buitenland. Zo heb ik vijf weken in Keulen gewerkt en ben ik afgelopen herfst naar de Dominicaanse Republiek geweest. We hadden daar drie kranen verhuurd en ik ben meegeweest als monteur, om te helpen ter plaatse de kranen weer in elkaar te zetten.”



Momenteel is de kraanmachinist aan het werk in Heerhugowaard. “We zijn nu een flatgebouw van dertien verdiepingen hoog aan het maken.” Miedema tilt met zijn kranen allerlei onderdelen voor de bouw van de flat omhoog: metalen bekisting, wapening, leidingen, wanden, etcetera. “Ik til bijvoorbeeld met mijn kraan een zestienduizend kilo zware bekisiting omhoog, van zeven meter breed en een meter of acht, negen lang. Er moeten er drie naast elkaar worden geplaatst.”

Deze werkzaamheden zijn een paar weken geleden begonnen en duren tot en met de bouwvak, daarna blijft Miedema ter plaatse om onder andere prefab elementen op hun plek te hijsen. “Hiervoor zat ik vier maanden in de kost, toen werkte ik in Dordrecht aan een flatgebouw van acht verdiepingen.”

Monteren en demonteren

De machinist heeft ook zijn groot rijbewijs en reed voor deze klus zelf met een dieplader om de gedemonteerde kraan in Heerhugowaard weer op te bouwen. “Het demonteren duurt een uur of vier, vijf. Het weer opnieuw monteren duurt langer: zes tot zeven uren. Alles moet opnieuw vastgemaakt worden en tachtig meter giek moet er weer op gezet worden.”

Miedema vindt het allemaal mooi werk: het monteren en demonteren, het transport en uiteraard het werk zelf: het tillen en draaien op de kraan. Ook het helpen monteren ‘in den vreemde’ was een mooie ervaring.



In de Dominicaanse Republiek moesten drie kranen van elk 100 ton weer opgebouwd worden. Die werden vervoerd in twintig zeecontainers”, vertelt Miedema. Een hele puzzel, maar de ervaren machinist draaide zijn hand er niet voor om. “Samen met een lokale ploeg monteurs ben ik veertien dagen bezig geweest. Dat zijn wel de krenten in de pap hoor!”

Gerard Miedema is een man van het grote werk. Werklocaties waar prefab beton tot twintig ton zwaar omhooggetild moet worden, daar geniet hij van. “Die pak je dan op en zet je boven op een gebouw. Hoe groter, hoe mooier.”

Schoon werk

Het voordeel van prefab vindt de kraanmachinist bovendien dat het heel schoon werk is. “Daarvan wordt mijn kraan niet vies. Anders spat er toch altijd wat cementwater op de kraan. Ik maak het plaatwerk rondom de kraan dan wel schoon, maar de giek, dat red ik uiteraard zelf niet met schoonmaken.”

Miedema vertelt dat de kraan een rijdende showroom is, want naast verhuur doet Zwagerman ook aan verkoop van de kranen. “Een klant die een kraan wil kopen, kan zo ter plekke zien wat de kraan doet. Wij vinden het beter om met de kranen te werken, zodat alles in beweging blijft, in plaats van ze stil te laten tot het moment van verkoop.” Miedema maakte bijvoorbeeld mee dat mensen uit Marokko bij de kraan kwamen kijken. “Hun keuze is uiteindelijk op een andere kraan gevallen, maar je kraan kan dus verkocht worden. Daarom houd ik alles schoon en netjes.”



De 160 ton rupshijskraan is wel een favoriet van Miedema, hij rijdt al meer dan een jaar op deze kraan. Maar het kan best zijn dat de kraan, na afloop van de ingeplande projecten, naar het buitenland verkocht wordt.

Zeil of tapijt in de cabine

Miedema zit altijd op sokken in de cabine, zijn instapveiligheidsschoenen blijven netjes buiten de deur staan. “Ik zit meer uren op de kraan dan ik thuis op de bank zit. En daar heb ik mijn schoenen toch ook niet aan”, verklaart de machinist. “Ook heb ik altijd een stukje zeil of tapijt in de cabine liggen, zo maak ik het toch een beetje eigen.”

Een lichtbalkje met drie lampen reist ook altijd met Miedema mee. “Die sluit ik bij het opbouwen zelf halverwege de giek aan. Ik ben zuinig op de kranen waar ik voor langere tijd mee werk, en houdt de kraan altijd schoon en netjes.”

Gerard Miedema werkt sinds 2001 bij Zwagerman, daarvoor werkte hij tien jaar op telekranen, nadat hij in het grondverzet gewerkt had. “Ik ben dus behoorlijk allround als machinist.”

Verlenging deskundigheidsbewijs zelf betalen

Als kraanmachinist moet Miedema elke vijf jaar een cursus doen om zijn deskundigheidsbewijs te behouden. Het kost 120 tot 140 euro om dit te verlengen. En dat moet de machinist zelf betalen, terwijl bijvoorbeeld heftruck- en ADR-certificaten door werkgevers betaald worden.

“Dat komt omdat ons bewijs niet in de cao staat. Mobiele kranen horen bij de cao wegtransport, maar daarin is onze bond HZC, Het Zwarte Corps, geen onderhandelingspartner. De bond zou niet groot genoeg zijn, terwijl toch tachtig procent van alle machinisten erbij aangesloten is. Bij de cao bouw is HZC wél onderhandelingspartner, terwijl onze vakbond daar natuurlijk net zo weinig leden heeft, in verhouding.”



Het bevreemdt Miedema dat een heftruckmachinist wel zijn certificaat betaald krijgt, terwijl hij, werkend met een kraan van tachtig meter hoog die zestien ton zware onderdelen hijst, zijn eigen deskundigheidsbewijs elke vijf jaar betaalt.

'Hijsen maar!'

“Dat vind ik vreemd. Maar goed, mijn werk is leuk, het salaris is goed en ik heb redelijk veel vrijheid.” Die vrijheid brengt ook een grote verantwoordelijkheid met zich mee. Miedema vertelt dat alles dat in zijn kraan vastgemaakt wordt, zijn verantwoordelijkheid is. “Als iets dat door een ander vastgemaakt is eruit valt, is het toch de schuld van de machinist. Ik heb een camera in de giek en kan in de cabine op een klein beeldscherm zien dat ze op bijvoorbeeld de tiende verdieping iets vastmaken, maar kan niet tot in detail zien of dat helemaal goed gaat. Als door de portofoon wordt geroepen ‘Hijsen maar!’ is het mijn verantwoordelijkheid of het goed vast zit of niet. Dus ik moet heel erg goed opletten.”

Andere zaken waar machinisten van zulke grote kranen mee te maken krijgen, is dat andere mensen niet altijd in de gaten hebben hoeveel werkruimte een grote kraan nodig heeft. “Ik heb heel vaak meegemaakt dat er auto’s of vrachtwagens op de bouwplaats werden geparkeerd naast mijn kraan. Maar als ik ga draaien, zwaait mijn contragewicht zo’n voertuig helemaal plat. Er staan wel waarschuwingsstickers op mijn kraan, maar die lezen mensen geloof ik niet”, lacht Miedema.

Achter houten blokken aan rennen

Ook moet hij bijna dagelijks achter ‘zijn’ houten blokken aan. “Aan het einde van het baantje dat mijn rupsbanden afleggen, heb ik twee houten blokken neergelegd. Zo kan ik precies zien tot hoever ik kan rijden, om nog te kunnen ronddraaien. Als ik verder rijd, rijd ik een hek plat. Op de blokken heb ik gezet: Laten liggen! Toch sjouwen bouwvakkers elke keer mijn blokken weg, kan ik er weer achteraan rennen.” Miedema kan er de humor wel van inzien, het hoort bij het werk. Net als het plegen van onderhoud.

“Vorige week, toen het zo stormde, mocht ik niet meer hijsen. Toen ben ik vier uren bezig geweest de kraan te verversen en filters te vervangen. Dat scheelt de monteurs weer werk en ach, ik houd nou eenmaal alles graag schoon en netjes.”

Oproep

De redactie van Transport Online laat graag mensen uit alle takken van de transportsector aan het woord. Wilt u ook (telefonisch) geïnterviewd worden over uw werk in de transportsector? Mail naar: t.vanknijff@transport-online.nl