'Cybercriminaliteit treft Nederland extra hard'

AMSTERDAM - De schade van cybercriminaliteit bedraagt in Nederland elk jaar anderhalf procent van het bruto binnenlands product. De schade is ten opzichte van andere landen daarmee relatief groot. Dat stellen het Amerikaanse Center for Strategic and International Studies (CSIS) en antivirussoftwaremaker McAfee maandag na eigen onderzoek.

De schade voor Nederland bedraagt omgerekend 8,8 miljard euro, becijferen de onderzoekers. Wereldwijd loopt de schade op tot 327 miljard euro, in Europa op bijna 53 miljard euro.

Dat Nederland relatief hard geraakt wordt, kan mogelijk komen doordat vooral op het gebied van intellectueel eigendom cybercriminelen vaak hun slag slaan. Nederland behoort tot de groep landen waarvan de economie wordt gedragen door bedrijven die afhankelijk zijn van het beschermen daarvan, aldus McAfee en CSIS. Deels kan de hoge score echter ook te wijten zijn doordat in veel andere landen nauwelijks goede cijfers over cybercriminaliteit voorhanden zijn.

Volgens het onderzoek onttrekt cybercriminaliteit vijftien tot twintig procent van de totale economische waarde die via internet wordt gegenereerd. Naast het schenden van intellectueel eigendom, zorgt bijvoorbeeld ook het achterhalen van informatie voor schade. "Zo ontdekte een Europees bedrijf tijdens de onderhandelingen over een contract dat de andere partij al precies wist wat hun ondergrens was", aldus CSIS en McAfee. Ook het herstellen van reputatieschade, het verlies van klanten en het dichten van lekken zorgen voor kosten. (Novum)