Iets minder treinen door rood sein

AMSTERDAM - Het aantal treinen dat door een rood sein rijdt, is vorig jaar licht gedaald. In totaal reden machinisten 152 keer door rood, drie keer minder dan in 2012. De treinen die het sein misten, bereikten wel veel minder vaak een 'gevaarpunt'. Dat blijkt dinsdag uit het jaarverslag van spoorbeheerder Prorail.

In 2012 bereikten zestig treinen een gevaarlijk punt doordat ze door rood reden, vorig jaar was dat nog 39 keer het geval. Een gevaarpunt is bijvoorbeeld een overweg, een wissel of een beweegbare brug. Zolang een trein dat punt nog niet heeft bereikt, kan er geen botsing plaatsvinden, ook al is de trein al een rood sein gepasseerd.

Prorail nam vorig jaar een aantal maatregelen om de veiligheid op het spoor te verhogen. Dat blijft volgens de beheerder nodig omdat het aantal ongelukken nauwelijks is afgenomen. In 2013 vonden 36 aanrijdingen op overwegen plaats, twee minder dan een jaar eerder. Het aantal dodelijke ongevallen bleef gelijk op veertien.

Op het spoor dat Prorail beheert werden in een jaar tijd in totaal 3,3 miljoen treinritten gemaakt. Daarvan was bijna 88 procent op tijd. Met goederentreinen ging het een stuk minder goed, met een punctualiteit van 79,6 procent. Dat kwam voornamelijk door grote spoorwerkzaamheden.

Prorail gaf verder ruim 1,2 miljard euro uit aan investeringen op het spoor en de stations. In totaal werden zo'n 1300 verbouwingsprojecten uitgevoerd (Novum)