Politie: lichamen Laren van Jan Peter Schmittmann, vrouw en dochter

LAREN - De lichamen die zaterdag in een woning in Laren zijn aangetroffen zijn die van voormalig ABN AMRO-topman Jan Peter Schmittmann en zijn vrouw en dochter. De politie heeft zaterdag aan het begin van de avond bevestigd dat het gaat om de bewoners van het huis dat op naam staat van Schmittmann.

De 57-jarige Schmittmann en zijn even oude vrouw hebben nog een tweede dochter, maar die was niet thuis. Agenten hebben haar op de hoogte gebracht van het lot van haar ouders en 22-jarige zus. De politie zegt dat de lichamen werden gevonden door een bekende van het gezin, maar wil daar verder niets over kwijt.

Burgemeester Elbert Roest heeft zijn medeleven betuigt aan de familie van de slachtoffers. Hij laat in een verklaring weten 'diep geschokt' te zijn. "Ons medeleven gaat uit naar de naasten, we wensen hen veel sterkte toe. Het is een onvoorstelbaar verdriet dat deze familie moet verwerken en daarom mijn verzoek aan de media om de privacy van deze familie te eerbiedigen."

Volgens het AD bezocht de tweede zus zaterdag haar ouderlijk huis. Twee vriendinnen zeggen op de website van de krant dat ze naar haar huis was gekomen, omdat ze met haar ouders naar India zou gaan waar ze stage ging lopen.

Bij Hockeyclub Laren is volgens de krant geschokt gereageerd. Schmittmann was lid en bezocht er wedstrijden van zijn verstandelijk gehandicapte dochter die in een G-team speelde. "Jan Peter was een toegewijd lid, hij heeft ontzettend veel gedaan voor onze club. Als blijkt dat het waar is, schokt het ons natuurlijk allemaal", zegt voorzitter Micky Adriaansens.

Schmittmann werkte jaren voor ABN AMRO en was van 2003 tot 2007 bestuursvoorzitter van de bank. Bij zijn vertrek in 2008 na de nationalisatie van de bank ontstond ophef over zijn vertrekpremie van acht miljoen euro. Schmittmann werd verhoord door de parlementaire enquêtecommissie die de aanpak van de kredietcrisis onderzocht. (Novum)