10 jaar cel voor moord op Purl Vijent
05-07-2011 17:55 | Binnenland | auteur de redactie
LELYSTAD - - De 24-jarige verdachte die twee weken geleden terecht stond op verdenking van de moord op Purl Vijent, is veroordeeld tot 10 jaar gevangenisstraf.
De verdachte verklaarde zelf het slachtoffer slechts een vuistslag te hebben toegebracht. Verklaringen van getuigen, maar ook het pathologisch onderzoek wat is gedaan door het Nederlands Forensisch Instituut in Den Haag, leverden naar het oordeel van de rechtbank voldoende bewijs op tegen de verdachte. Ook achtte de rechtbank bewezen dat de verdachte met voorbedachten rade heeft gehandeld. Verdachte heeft tijdens het rennen naar het slachtoffer meerdere bedenkmomenten gehad en hij is desondanks door gegaan met zijn handelen.
De rechtbank heeft een lagere straf opgelegd dan door de officier van justitie had geëist. Deze eis was 16 jaar cel. De rechtbank was van oordeel dat voor moord tussen de 10 en 20 jaar wordt opgelegd en dat in dit geval er geen strafverzwarende omstandigheden waren. In het voordeel van de verdachte woog mee dat de verdachte geen relevant strafrechtelijk verleden heeft en er geen lange periode van serieuze en langdurige voorbereiding van het strafbare feit aan de orde was. Een motief bij de verdachte is in de zaak niet duidelijk geworden.
De verdachte verklaarde zelf het slachtoffer slechts een vuistslag te hebben toegebracht. Verklaringen van getuigen, maar ook het pathologisch onderzoek wat is gedaan door het Nederlands Forensisch Instituut in Den Haag, leverden naar het oordeel van de rechtbank voldoende bewijs op tegen de verdachte. Ook achtte de rechtbank bewezen dat de verdachte met voorbedachten rade heeft gehandeld. Verdachte heeft tijdens het rennen naar het slachtoffer meerdere bedenkmomenten gehad en hij is desondanks door gegaan met zijn handelen.
De rechtbank heeft een lagere straf opgelegd dan door de officier van justitie had geëist. Deze eis was 16 jaar cel. De rechtbank was van oordeel dat voor moord tussen de 10 en 20 jaar wordt opgelegd en dat in dit geval er geen strafverzwarende omstandigheden waren. In het voordeel van de verdachte woog mee dat de verdachte geen relevant strafrechtelijk verleden heeft en er geen lange periode van serieuze en langdurige voorbereiding van het strafbare feit aan de orde was. Een motief bij de verdachte is in de zaak niet duidelijk geworden.