Julien C. in cassatie tegen uitspraak hof
19-05-2011 16:17 | Binnenland | auteur de redactie
Julien C., die woensdag werd veroordeeld voor het doden van de 8-jarige Jesse Dingemans uit Hoogerheide, gaat in cassatie tegen de uitspraak van het gerechtshof in Arnhem. Hij is het niet eens met straf van twaalf jaar cel en tbs met dwangverpleging die het hof hem woensdag oplegde, laat zijn advocaat Tim de Bont donderdag weten.
De 26-jarige Hagenaar is het volgens zijn raadsman niet eens met zijn veroordeling én niet met de tbs. "Hij zegt al vanaf het begin dat hij onschuldig is en kan zich bovendien niet verenigen met de tbs."
Het hof in Arnhem ging anders dan justitie, dat twintig jaar cel en tbs had geëist voor moord, uit van doodslag. Volgens het hof kan niet vastgesteld worden of sprake was van voorbedachten rade. Hoewel gedragsdeskundigen van het Pieter Baan Centrum (PBC) geen aanwijzingen voor een stoornis hebben ontdekt bij C., legden de rechters wel tbs met dwangverpleging op.
De Hoge Raad bepaalde in november 2009 dat het hof in Arnhem zich opnieuw over de zaak moest buigen. Het hoogste rechtscollege gaf daartoe opdracht, omdat het gerechtshof in Den Bosch niet had onderzocht of C. er in hoger beroep bewust voor had gekozen geen gebruik van een advocaat te maken. De Hoge Raad oordeelde bovendien dat C. niet doorzag wat hij zich op de hals haalde door af te zien van een advocaat.
Jesse Dingemans werd op 1 december 2006 met meerdere messteken om het leven gebracht in een klaslokaal op zijn school de Klim-Op in Hoogerheide. C. ontkent de moord op het 8-jarige jongetje. Op kledingstukken de Hagenaar werd onder meer bloed van Jesse aangetroffen. Ook werd een bloedspoor van het slachtoffer gevonden in het ouderlijk huis van C.
In eerste instantie was C. door de rechtbank in Breda veroordeeld tot twaalf jaar cel en tbs voor doodslag. Het hof in Den Bosch vond echter dat hij het jongetje opzettelijk en met voorbedachten rade met messteken om het leven heeft gebracht.
©Novum | Transport Online
De 26-jarige Hagenaar is het volgens zijn raadsman niet eens met zijn veroordeling én niet met de tbs. "Hij zegt al vanaf het begin dat hij onschuldig is en kan zich bovendien niet verenigen met de tbs."
Het hof in Arnhem ging anders dan justitie, dat twintig jaar cel en tbs had geëist voor moord, uit van doodslag. Volgens het hof kan niet vastgesteld worden of sprake was van voorbedachten rade. Hoewel gedragsdeskundigen van het Pieter Baan Centrum (PBC) geen aanwijzingen voor een stoornis hebben ontdekt bij C., legden de rechters wel tbs met dwangverpleging op.
De Hoge Raad bepaalde in november 2009 dat het hof in Arnhem zich opnieuw over de zaak moest buigen. Het hoogste rechtscollege gaf daartoe opdracht, omdat het gerechtshof in Den Bosch niet had onderzocht of C. er in hoger beroep bewust voor had gekozen geen gebruik van een advocaat te maken. De Hoge Raad oordeelde bovendien dat C. niet doorzag wat hij zich op de hals haalde door af te zien van een advocaat.
Jesse Dingemans werd op 1 december 2006 met meerdere messteken om het leven gebracht in een klaslokaal op zijn school de Klim-Op in Hoogerheide. C. ontkent de moord op het 8-jarige jongetje. Op kledingstukken de Hagenaar werd onder meer bloed van Jesse aangetroffen. Ook werd een bloedspoor van het slachtoffer gevonden in het ouderlijk huis van C.
In eerste instantie was C. door de rechtbank in Breda veroordeeld tot twaalf jaar cel en tbs voor doodslag. Het hof in Den Bosch vond echter dat hij het jongetje opzettelijk en met voorbedachten rade met messteken om het leven heeft gebracht.
©Novum | Transport Online