Nederland zet stappen om autonoom varen mogelijk te maken

DEN HAAG - Nederland gaat samen met een aantal andere landen die aan de Noordzee grenzen nauwer samenwerken om autonoom varen mogelijk maken. Door schepen in de toekomst op afstand te besturen, of zelfs helemaal geautomatiseerd te laten varen, kan de sector efficiënter worden en is er minder personeel nodig.

Door technische innovaties wordt autonoom varen richting de toekomst een reële optie voor commercieel gebruik. Maar voor het zover is moeten er nog wel dingen verder worden ontwikkeld, en moeten landen zich samen voorbereiden op deze nieuwe mogelijkheden. Daar gaat Nederland de komende tijd aan werken, samen met België, Denemarken en het Verenigd Koninkrijk.

Om de veiligheid te garanderen moet de radioverbinding met een autonoom varend schip bijvoorbeeld te allen tijde stabiel zijn, ook over grenzen heen. Maar ook alle regels en technische standaarden van de verschillende landen moeten op elkaar afgestemd zijn. Deze groep landen gaat de komende tijd obstakels wegnemen om nieuwe grensoverschrijdende experimenten met autonoom varen mogelijk te maken.

Net als veel sectoren ziet de scheepvaart een dreigend tekort van geschikt personeel op zich afkomen. Met autonoom varen zouden schepen in de toekomst kunnen varen met minder, of zelfs helemaal zonder, bemanning.

In Noorwegen worden er momenteel al testen gedaan met het eerste grote commerciële, autonome zeeschip: de Yara Birkeland. Het is de bedoeling dat dit schip in de nabije toekomst tussen twee havens in de Noorse fjorden gaat varen.

De Yara Birkeland vaart op batterijen, is bijna 80 meter lang en kan 120 containers vervoeren. In Nederland en op de Noordzee worden ook al testen gedaan, maar dan wel met kleinere schepen.