Clicky


Nederlandse reddingswerkers zoeken nog een laatste keer in Turkse Hatay

Nederlandse reddingswerkers zoeken nog een laatste keer in Turkse Hatay
12-02-2023 10:13 | Binnenland | auteur Redactie

DEN HAAG - [update 10:20 uur] Het is de laatste dag van het Nederlandse zoek- en reddingsteam USAR in het Turkse Hatay. De reddingswerkers zullen nog een uiterste poging doen om overlevenden te vinden en te bevrijden uit het puin. Maandag wordt het basiskamp afgebroken en dragen ze de werkzaamheden over aan andere teams.

In een zondagochtend vroeg op Twitter geplaatste videoboodschap liet een woordvoerder van het team zien dat twee reddingsgroepen bezig waren met de voorbereidingen voor de laatste dag om te zoeken. "We gaan nog een uiterste poging doen in de buitengebieden om te kijken of we daar nog overlevenden gaan vinden, hoe minimaal die kans eigenlijk enkele dagen ook al is", zegt de woordvoerder in het filmpje.

De woordvoerder laat iets voor 10.00 uur Nederlandse tijd weten dat zondagochtend vroeg twee reddingsgroepen zijn vertrokken, en dat op dat moment de andere twee op pad gaan. "We verkennen vooral een breder gebied rond de stad Hatay", aldus de zegsman. Vooralsnog zijn er volgens hem geen situaties aangetroffen waar ze mogelijk iets konden betekenen.

Sinds ze in Turkije zijn, hebben de Nederlanders twaalf mensen en een hond gered. Vrijdag wist het team nog een 8-jarige jongen levend onder het puin vandaan te halen, 106 uur na de aardbevingen.

De reddingswerkers reizen maandag eerst naar het militair vliegveld in Adana. Vanaf daar vliegen ze naar een onbekende locatie om te herstellen van "deze emotionele achtbaan en de vele dagen bijna onafgebroken zoek- en reddingsacties met weinig rustmomenten". Donderdag landt het team op Vliegbasis Eindhoven, "om weer thuis met onze familie herenigd te worden", zegt de woordvoerder in de videoboodschap op Twitter.

Volgens de zegsman is het team, zoals ook al eerder gemeld, moe. "Maar bovenal lijkt de fase van zoeken en redden nu echt af te lopen. Daarom is het goed dat we ruimte gaan maken voor hulpverleners die meer kunnen betekenen in deze fase."