Geen straf voor doodsteken arbeidsmigrant Oudewater
UTRECHT - Een 38-jarige man uit Polen is niet strafbaar voor het doodsteken van een landgenoot in een woning in Oudewater. De rechtbank Midden-Nederland is het met de officier van justitie en de advocaat van de verdachte eens dat er juridisch gezien sprake is van noodweer. De man mocht zich op zijn kamer in een woning voor arbeidsmigranten verdedigen tegen het geweld van het latere slachtoffer.
Op 6 februari van dit jaar vond er een ruzie plaats in een woning voor arbeidsmigranten in Oudewater. De 38-jarige man lag op zijn bed in zijn kamer toen het latere slachtoffer, onder invloed van drank en verdovende middelen, zijn kamer binnendrong en hem aanviel. Tijdens die aanval heeft de man naar een mes gegrepen en het latere slachtoffer één keer gestoken. Als gevolg van die messteek in zijn bovenbuik is de 33-jarige man overleden. Direct na het incident is de 38-jarige man opgepakt.
Bij de politie verklaarde de man dat hij al langere tijd een conflict had met huisgenoten. Dat conflict ging onder andere over het feit dat medebewoners vonden dat hij geen recht meer had om in de woning te wonen omdat hij ontslagen was. In de nacht van 6 op 7 februari heeft hij de deur van zijn kamer op slot gedraaid zodat hij niet zou worden lastiggevallen. In die nacht is er meerdere keren op de deur van zijn kamer gebonkt. Omdat hij zich onveilig voelde heeft hij gekeken of hij zijn kamer kon verlaten via het raam, maar dat ging niet. Daarom pakte hij een mes en legde het mes naast zijn bed.
Later die nacht werd er weer op de deur van zijn kamer gebonkt en drong één van zijn medebewoners, het latere dodelijke slachtoffer, zijn kamer binnen en begon hem op zijn hoofd te slaan. De 38-jarige man hield zijn rechterarm voor zijn gezicht en met zijn andere arm heeft hij met het mes een beweging gemaakt. Hierbij is de aanvaller in zijn bovenbuik geraakt. De man verklaarde dat hij zijn belager niet wilde doden, maar enkel wilde afschrikken.
De rechtbank gelooft dat verhaal. De 38-jarige man heeft niet alleen altijd consistent verklaard, ook vindt zijn verklaring steun in het dossier. Zo verklaarden meerdere getuigen over het conflict tussen het slachtoffer en de verdachte. Ook blijkt uit getuigenverklaringen dat het slachtoffer die avond opgefokt en onder invloed was. Daarnaast had de 38-jarige man ook verwondingen aan zijn hoofd en gezicht en zijn deze verwondingen vlak voor zijn aanhouding toegebracht. Hij is dus ook daadwerkelijk aangevallen.
De rechtbank vindt ook dat de man zich mocht verdedigen. Hij kon niet vluchten; niet voor de aanval, maar ook niet toen hij aangevallen werd. De 38-jarige man maakte één beweging met het mes, om zijn aanvaller af te schrikken, maar die beweging werd zijn landgenoot fataal. Het was voor de man noodzakelijk om zich te verdedigen, waardoor het beroep op noodweer slaagt. Dat betekent dat wel bewezen is dat hij de 33-jarige medebewoner gedood heeft, maar hij is daar niet strafbaar voor.