Clicky


Kabinet heeft geen bezwaar tegen homohuwelijk troonopvolger

Kabinet heeft geen bezwaar tegen homohuwelijk troonopvolger
12-10-2021 17:37 | Binnenland | auteur ANP

DEN HAAG - Het kabinet ziet geen bezwaren als de troonopvolger wil trouwen met een persoon van hetzelfde geslacht. Dat schrijft demissionair premier Mark Rutte als antwoord op Kamervragen. Hij wil niet vooruitlopen op de troonopvolging door mogelijke kinderen die in zo'n huwelijk kunnen worden geboren.

"Het kabinet vindt dat de erfopvolger ook kan trouwen met een persoon van hetzelfde geslacht en ziet geen beletsel voor een toestemmingswet voor een huwelijk van een erfopvolger met een persoon van hetzelfde geslacht. Het kabinet ziet dus niet dat een troonopvolger of de Koning afstand zou moeten doen van de troon wanneer hij/zij zou willen trouwen met een partner van hetzelfde geslacht", schrijft Rutte.

Volgens de minister-president is het aan een toekomstig kabinet en Staten-Generaal om te zijner tijd, als deze situatie zich met een troonopvolger zou voordoen, zonodig stil te staan bij de "afstammingsrechtelijke positie" van kinderen die worden geboren tijdens een homohuwelijk. Rutte vindt het "niet dienstig om nu vooruit te lopen op een dergelijke weging omtrent de erfopvolging", omdat feiten en omstandigheden van zo'n specifiek geval "door de tijd heen ook kunnen veranderen".

Erfelijkheid van het koningschap

In 2000 liet toenmalig premier Wim Kok op Kamervragen nog weten dat leden van het koningshuis die op de troon willen, niet met iemand van gelijk geslacht mogen huwen. Dat is voor hen niet mogelijk in verband met de erfelijkheid van het koningschap, liet Kok destijds weten. Dat was vlak voor de openstelling van het burgerlijk huwelijk voor mensen van hetzelfde geslacht. De eerste huwelijken tussen vrouwen en tussen mannen onderling werden op 1 april 2001 in Amsterdam gesloten. Nederland was daarmee het eerste land in de wereld waar dit mogelijk werd.

De Kamervragen werden gesteld naar aanleiding van een boek over de bijna 18-jarige prinses Amalia, waarin de hypothese wordt besproken dat zij haar troon zal moeten opgeven als zij zou willen trouwen met een vrouw.