Clicky


Actiegroep Viruswaanzin verliest kort geding tegen maatregelen Covid-19

Actiegroep Viruswaanzin verliest kort geding tegen maatregelen Covid-19
24-07-2020 11:13 | Coronavirus | auteur Redactie

DEN HAAG - De voorzieningenrechter heeft vandaag geoordeeld dat de Staat de beperkende maatregelen om verspreiding van Covid-19 te voorkomen niet hoeft in te trekken. De vordering van Stichting Viruswaarheid.nl (actiegroep Viruswaanzin) is op alle onderdelen afgewezen.

​Maatregelen niet onrechtmatig

De vrijheidsbeperkende maatregelen die de Staat heeft genomen zijn volgens de voorzieningenrechter niet onrechtmatig. De Staat handelt hierbij voldoende zorgvuldig. Want vooraf wordt steeds  advies van een team deskundigen verenigd in het Outbreak Management Team ingewonnen. Daarna worden de diverse belangen gewogen en maakt de Staat beleidskeuzes.

Met die keuzes is niet iedereen in Nederland het eens. Er is veel (populair-) wetenschappelijke discussie over aard, ernst en aanpak van het coronavirus. Dat betekent echter niet dat de door de Staat gekozen aanpak evident onjuist is. Het gaat hierbij niet alleen om de ernst van de ziekteverschijnselen en (een schatting van) het percentage besmette mensen dat aan de ziekte zal overlijden maar ook om het risico op massale besmetting en verspreiding en als gevolg daarvan overbelasting van het zorgsysteem.

De Staat komt bij zijn afweging van al deze belangen een grote mate van beoordelingsvrijheid toe. Het is niet aan de rechter in kort geding om een ‘battle of experts’  te beslechten.  De door de Staat genomen maatregelen zijn ook niet  disproportioneel. Er vindt geregeld evaluatie plaats. Dat heeft al aantoonbaar geleid tot versoepelingen van eerder genomen maatregelen.

Voldoende wettelijke basis

De noodverordeningen die op dit moment ten grondslag liggen aan de maatregelen bieden vooralsnog daarvoor voldoende wettelijke basis. Het wetsvoorstel voor een Tijdelijke wet maatregelen Covid-19 waaraan momenteel wordt gewerkt is nog in een conceptfase. Het uiteindelijke wetsvoorstel zal het gebruikelijke wetgevingsproces moeten doorlopen. Voor rechterlijk ingrijpen is dan ook geen plaats.