Bundesbankpresident: na coronacrisis moeten overheidsschulden omlaag

FRANKFURT - Landen in de eurozone besteden nu veel geld aan het bevechten van de economische gevolgen van de coronacrisis. Dat doen ze op indrukwekkende wijze, meent president Jens Weidmann van de Duitse Bundesbank. Zodra die crisis achter de rug is, moeten overheden vol inzetten op het terugdringen van de staatsschulden, verklaart hij.

Weidmann voorziet dat er nog geruime tijd steun nodig is voor de Europese economieën, maar hij waarschuwt ook. "Een extreem ruimhartig begrotingsbeleid kan niet eeuwig worden volgehouden", aldus het hoofd van de Duitse centrale bank, die ook een belangrijke beleidsmaker is bij de Europese Centrale Bank (ECB). Zodra dat kan moeten alle eurolanden volgens Weidmann "zich dan ook richten op het terugdringen van de zeer hoge schulden op een manier die past binnen onze fiscale regels".

De opmerkingen van Weidmann geven de kern weer van het debat binnen de Europese Unie. Zuidelijke landen zoals Italië en Spanje willen dat er gezamenlijke staatsleningen, zogeheten eurobonds of coronabonds, worden uitgegeven. Voor die landen is dat goedkoper dan eigen staatsleningen. Bovendien zijn ze bang dat ze keihard moeten bezuinigen om hun eigen staatsschuld weer terug te dringen.

Met name Nederland en Oostenrijk en ook Duitsland zien veel minder in gezamenlijke schuldpapieren. Deze landen hebben nu al een lagere staatsschuld en willen niet opdraaien voor de kosten van die leningen als de zuidelijke landen niet kunnen betalen.