Clicky


Stichting VNB: 'Registratieplicht detachering wegtransport moet anders'

Stichting VNB: 'Registratieplicht detachering wegtransport moet anders'
11-03-2020 13:46 | Arbeidsvoorwaarden | auteur Redactie

UTRECHT - Buitenlandse transportbedrijven die hun chauffeurs tijdelijk in en vanuit Nederland laten werken, moeten dit sinds 1 maart vooraf registreren bij de overheid. Het is de bedoeling van deze Europese maatregel om chauffeurs en nette werkgevers te beschermen. Maar FNV-Stichting VNB ziet met lede ogen de nieuwe regelgeving in Nederland haar doel compleet missen en doet een dringend beroep op de politiek.

Met de nieuwe registratieregels regels geeft Europa lidstaten instrumenten in handen om de detacheringsrichtlijn beter te handhaven. Dit heeft tot doel de sociale bescherming van gedetacheerde chauffeurs te verbeteren en oneerlijke concurrentie tussen bedrijven te bestrijden.

Nederland en de vakbonden hebben een actieve rol gespeeld bij de totstandkoming van deze Europese regels. Minister Koolmees schreef aan de Tweede Kamer veel belang te hechten aan een stevige bescherming voor gedetacheerde werknemers, vanuit het uitgangspunt van gelijk loon voor gelijke arbeid op dezelfde werkplek.

"Met deze registratieplicht heeft Europa de bal op de stip gelegd, de keeper naar huis gestuurd en lidstaten de kans gegeven de bal in open goal te schieten. Het is de bedoeling dat chauffeurs en nette werkgevers door de nieuwe regels worden beschermd. Maar met de wijze waarop de registratieplicht nu in Nederland georganiseerd gaat worden, kunnen we gerust stellen dat de bal niet de goal maar knalhard de tribune in is getrapt en dat moet anders", vindt Edwin Atema, Projectleider Gelijk werk, Gelijk loon FNV-Stichting VNB en zelf oud-vrachtwagenchauffeur.

Registratieplicht wegtransport in het kort

Met hoe het er nu voor staat, moeten buitenlandse transportbedrijven een kenteken melden, als werkplek. Maar dan kunnen vervolgens honderden chauffeurs op die ene registratie rijden.

Ook hoeft het loon dat een chauffeur ontvangt, niet te worden geregistreerd. Als klap op de vuurpijl is er voor het wegtransport de uitzondering gemaakt dat dienstontvangers - zeg maar de opdrachtgevers - niet eens worden verplicht te controleren of het transportbedrijf dat ze inhuren heeft voldaan aan de registratieplicht. Ook de gedetacheerde chauffeurs - die toch moeten worden beschermd - hebben geen enkele rol.

Edwin Atema laat aan de hand van een aantal prakrijkvoorbeelden zien wat er zou moeten veranderen.

Vortex uit Nijmegen en Litouwen

Al vanaf 2016 doet de Inspectie SZW onderzoek naar de transportbedrijf Vortex met vestigingen in Nederland en Litouwen. Vortex is een klassiek voorbeeld van een Nederlandse bedrijf met een onderneming in Litouwen. Dat Litouwse bedrijf heeft chauffeurs in dienst die worden betaald conform Litouwse lonen. Deze chauffeurs werken echter niet in Litouwen. Zij werken voor Vortex in Nijmegen en doen ritten in en vanuit Nederland. Na jaren van onderzoek legde de inspectie recentelijk een boete op. De boete wordt niet opgelegd omdat is bewezen dat Vortex Litouwen te lage lonen betaalt, maar omdat Vortex Litouwen geen gegevens over de lonen wil verstrekken. 

De inspectie zei daarover in de media: “We zien dit soort schijnconstructies vaker in de transportwereld”, zegt woordvoerder Paul van der Burg van de ISZW. "Maar het is vaak erg lastig en tijdrovend zo’n constructie te bewijzen. Dit is dan ook een van de weinige keren dat we als Nederlandse inspectie een boete opleggen aan een buitenlands bedrijf.” De inspectie mag alleen kijken naar het werk dat personeel in Nederland doet. “We bekijken dan wie er opdrachtgever is en door wie ze worden betaald.“

"De nieuwe registratieplicht voor de transportsector voegt dus niets toe en treft dus niet het doel dat zij beoogt. FNV-VNB wil dat bedrijven als Vortex Litouwen onder de registratieplicht al hun chauffeurs, de van toepassing zijnde lonen, alle kentekens waarmee de chauffeurs rijden en hun opdrachtgevers moeten registreren. Ook moeten chauffeurs - net als in andere landen - onderweg documenten kunnen tonen als bewijs van registratie en van de betaalde lonen. Als dat wordt gedaan, hoeven onderzoeken geen jaren meer te duren en treft de registratieplicht doel. Nederland heeft nu de mogelijkheid om zaken aan de voorkant - in regelgeving - goed te organiseren", aldus Atema.

"Ook als het gaat om de verantwoordelijkheid van opdrachtgevers, laat deze zaak goed zien waarom de uitzonderingspositie voor de transportsector slecht is. Een woordvoerder van Vortex Nederland laat in de media weten: “Vortex maakt veel gebruik van buitenlandse onderaannemers en heeft geen zicht op hoe die met hun chauffeurs omgaan.“ Zonder blikken of blozen kan de woordvoerder van de Nederlandse directie - die ook aandeelhouder is van het bedrijf in Litouwen - beweren niet te weten wat de lonen van de Litouwse chauffeurs zijn", zegt Edwin Atema.

Daarom wil FNV-VNB dat opdrachtgevers controleren of hun onderaannemers hebben voldaan aan de registratieplicht. In een risicosector als transport is er dan ook geen enkele aanleiding om opdrachtgevers geen rol te geven bij het controleren of hun onderaannemers hebben voldaan aan de registratieplicht.

Arijus uit Litouwen en de registratie in België

Evenals Vortex laat Arijus UAB uit Litouwen chauffeurs uit Wit-Rusland en Oekraïne tegen Litouwse lonen - of nog minder dan dat - werken in en vanuit Nederland en België. De chauffeurs die ritten in en vanuit België verrichten, moeten Arijus in België laten registreren. De chauffeurs hebben allemaal een Belgisch document bij zich met daarop de duur van de detachering en gegevens van de opdrachtgever.

"Twee weken geleden nam de Belgische inspectie de vrachtwagens van Arijus in beslag omdat het bedrijf niet de Belgische lonen betaalt. Anders dan het vier jaar lopende ISZW-onderzoek bij Vortex wist de Belgische inspectie op grond van de registratie waar en voor wie de chauffeurs hun ritten uitvoerden. In Nederland heeft de ISZW geen enkel idee waar de chauffeurs feitelijk werken, omdat opdrachtgevers niet hoeven te worden geregistreerd", vervolgt Atema.

Kamerleden en ministers mee parkeerplaats op

In de laatste jaren deden ministers en Kamerleden van veel politieke partijen een beroep op FNV-VNB om eens mee te gaan naar de parkeerplaatsen waar de buitenlandse chauffeurs bivakkeren. Welke politieke kleur de Kamerleden ook hadden, ze lieten allemaal weten geschrokken te zijn van hetgeen ze zagen.

Ook gaven ze allemaal te kennen iets met het onderwerp te gaan doen. Nadat enkele Roemeense chauffeurs minister Koolmees vertelden al maandenlang in hun cabine te leven, het Roemeense minimumloon te ontvangen en alleen ritjes in en rondom Rotterdam te doen, verkondigde ook de minister de misstanden aan te willen pakken.

FNV-VNB heeft altijd gehoor gegeven aan het beroep dat politici op haar deden. Nu doet FNV-VNB een beroep op de politiek: "Laat buitenlandse transportbedrijven al kun kentekens, lonen van chauffeurs en opdrachtgevers registreren. Verplicht net als in andere sectoren dienstontvangers om de registers te controleren en zorg ervoor dat chauffeurs documenten bij zich hebben waaruit de registratie blijkt. Kort gezegd: trap de bal in het doel."