Familie gedode militair, Aldert Poortema, eist schulderkenning

DEN HAAG - Nabestaanden van de in januari 2008 in Uruzgan door eigen vuur omgekomen militair Aldert Poortema (22) eisen dat het ministerie van Defensie gemaakte fouten erkent en genoegdoening biedt.

Dat bevestigt hun advocaat Sébas Diekstra naar aanleiding van berichtgeving door De Telegraaf. Daarin wordt gesteld dat uit voorheen staatsgeheime, maar vrijgegeven stukken zou blijken dat grove fouten zijn gemaakt bij de militaire operatie waardoor Poortema en zijn collega-militair Wesley Schol om het leven kwamen.

"Op basis van de informatie die zij nu hebben zijn de ouders van mening dat de dood van hun zoon voorkomen had kunnen en moeten worden", zegt Diekstra. De ouders houden het ministerie van Defensie verantwoordelijk voor het fatale incident en oriënteren zich op juridische stappen. Zij staan echter open voor een gesprek met het ministerie.

Een woordvoerder namens Defensie zegt daartoe bereid te zijn. "Wij hebben altijd contact onderhouden met de families en nabestaanden, ook van andere betrokkenen. Als de familie van Poortema dit aan de orde wil stellen in ons volgende gesprek, dan is dat ook het onderwerp. Dan horen we graag wat de familie graag wil." Defensie zegt niet op de hoogte te zijn van een formele claim van de nabestaanden.