Kamervragen over gebrekkige informatie bij spoorvervoer gevaarlijke stoffen

DEN HAAG - Tweede Kamerleden Eric Smaling en Farshad Bashir (beiden SP) hebben aan staatssecretaris Mansveld van Infrastructuur en Milieu kamervragen gesteld over de gebrekkige informatie bij het vervoeren van gevaarlijke stoffen over het spoor. Zij willen van de staatssecretaris weten of zij het eens is met de conclusie van de Inspectie Leefomgeving en Transport (ILT) dat er te vaak onduidelijkheid bestaat over de inhoud van giftreinen en over wie er voor het vervoer verantwoordelijk is.

"Wat is uw mening over het door het ILT voorgestelde GPS-track-and-tracesysteem voor wagons met gevaarlijke stoffen", vragen de Kamerleden aan Mansveld. Smaling en Bashir willen weten of de staatssecretaris het GPS-systeem als oplossing ziet voor de vaak gebrekkige informatie over spoorvervoer van gevaarlijke stoffen.

De SP-ers vinden het van levensbelang dat het voor hulpdiensten duidelijk is waar en wanneer een wagon met gevaarlijke stoffen zich bevindt, en welke inhoud er vervoerd wordt. Zij willen weten of Mansveld daar net zo over denkt en hoe zij vervolgens de registratie hiervan op het juiste spoor gaat zetten.

Brabantroute

Ook vragen de Tweede Kamerleden specifiek naar de Brabantroute. "Zal de capaciteit van de rampenbestrijding op en rond het spoor en de rangeerterreinen nog worden uitgebreid nu het aantal goederentransporten over de Brabantroute toe zal nemen?"

Smaling en Bashir noemen hierbij de VEZA-boog, in de hoop dat Mansveld deze weer op de agenda zal zetten, zodat goederentreinen die van Vlissingen naar Antwerpen rijden niet onnodig twee keer op en neer van Roosendaal naar Dordrecht hoeven te rijden om te rangeren in Kijfhoek.