Cartoonist Ruben Oppenheimer mag Hiddema niet 'louche' noemen

MAASTRICHT - Cartoonist Ruben Oppenheimer mag advocaat Theo Hiddema in een spotprent geen 'louche advocaat' noemen. Dat heeft de rechtbank in Maastricht vrijdag bepaald. Volgens de rechtbank heeft de spotprent in de Maastrichtse stadskrant De Ster een te zware lading. Oppenheimer reageerde op Twitter prompt met een nieuwe spotprent met de strafpleiter.

Op de gewraakte cartoon in De Ster staat een tekening van Hiddema met als kop 'Aangifte tegen louche advocaat om boek'. In een tekstwolk zegt de getekende Hiddema: 'Maar ik ben geen homo.' Hiddema spande het kort geding aan omdat het naar zijn zeggen de tweede keer was dat Oppenheimer hem in een cartoon belachelijk maakte.

Volgens de rechtbank heeft de aanduiding 'louche' een 'ernstig beschuldigend karakter'. Daardoor krijgt de aanduiding, die volgens Oppenheimer spottend en satirisch is, 'een veel zwaardere lading, die niet past bij de 'beschuldiging' van Oppenheimer dat Hiddema een glamouradvocaat is', aldus de rechter.

Oppenheimer, die onder meer werkt voor NRC Handelsblad, zegt in een reactie op Twitter 'uiteraard' in hoger beroep te gaan. "De rechter gaat volledig voorbij aan het feit dat een cartoon géén nieuwsartikel is, maar een satirische uiting. Met dit vonnis is satirische vrijheid in Nederland zojuist vijftig jaar terug in de tijd gezet. Minstens."

Kort na de uitspraak plaatste de tekenaar een prent op Twitter. Onder de kop 'Rectificatie voor vermeend homoseksuele strafpleiter' zegt een getekende Hiddema: 'Maar ik ben géén louche advocaat'.

Oppenheimer moet in de stadskrant binnen een week een door de rechter opgelegde rectificatie plaatsten. De schadevergoeding die Hiddema wilde, werd afgewezen. (Novum)

Rectificatie van de rectificatie: had dan helemaal niemand gezien dat er homoseskuele stond? ;) pic.twitter.com/IQBFf2q8yH

— Ruben L. Oppenheimer (@RLOppenheimer) 31 oktober 2014